2164
15 DECEMBER 1983
elkaar enige ruimte moeten geven bij het bepalen
van hun koers. Zolang het bij woorden blijft en de
gemaakte afspraken niet met voeten worden getreden,
is er niets ernstigs aan de hand. Wat wij de heer
Dreef en met hem de P.v.d.A.-fractie wèl hoogst
kwalijk nemen, zijn zijn opmerkingen over het uit
de boot vallen van de V.V.D. bij zaken ten behoe
ve van een sociaal beleid. Waar haalt de heer
Dreef de euvele moed vandaan om ons met betrekking
tot het te voeren sociale beleid enig verwijt te
maken? Was het niet een V.V.D.-wethouder die ten
nauwste betrokken was bij het redden van de Machi
nefabriek Breda? Heeft de V.V.D.-fractie niet vol
ledig en van harte haar medewerking eraan verleend?
Het getuigt van een ongehoorde onbeschaamdheid,
ons standpunt met betrekking tot de wederinvoering
van de Woonruimtewet 1947 en de vaststelling van
de bestemmingsplannen inzake de woonwagenlokaties
in verband te brengen met het niet in de smaak val-
len van deze beslissingen bij een bovenlaag in
Breda. De V.V.D. is niet de woordvoerster of de
spreekbuis van een bovenlaag of van enige andere
laag. Dat weet de heer Dreef en dat weet de
P.v.d.A.-fractie heel goed. Anders dan de P.v.d.A.-
fractie, die er geen enkele twijfel over laat be
staan, voor welke groepsbelangen zij als pleitbe
zorgster optreedt, wil de V.V.D. zonder vooraf
voor een bepaald standpunt te kiezen alle in het
geding zijnde belangen tegen elkaar afwegen. Dat
leidt inderdaad in een aantal gevallen tot een van
dat van de P.v.d.A. afwijkend standpunt.
De heer Dreef heeft toch de raadsvergaderin
gen waarin de onderwerpen waarover hij sprak aan
de orde waren, bijgewoond en onze standpuntbepa
ling gehoord? Wij hebben tegen wederinvoering van
de Woonruimtewet 1947 gestemd, omdat, zoals door
ons met kracht van argumenten in het debat is aan
getoond, het effect daarvan niet opweegt tegen de
kosten,, met als gevolg dat de ontbindende voorr
waarde van het programakkoord van toepassing is.
Waarom zou deze maatregelen niet in de smaak vallen