17 FEBRUARI 1983 223 te discussiëren. Ik heb wêl in de maand december de bestuurscommissieleden en de leden van advies raden en adviescommissies van het door burgemees ter en wethouders aan de raad te presenteren voor stel in kennis gesteld, zodat men zich daarop kon instellen. Dat leek mij eerlijk en juist. In ver band daarmee lijkt mijhoewel we daarover niet in het college hebben gesproken, de door de heer Crul voorgestelde ingangsdatum van 1 maart niet logisch en niet nodig. Die ingangsdatum zal bovendien tot op het ogenblik niet precies te becijferen hogere uitgaven leiden. Over de keuze tussen 40,100,en 60,75,nog het volgende. De verhoging van 40,naar 60,voor de adviesraden en ad viescommissies heeft als financiële consequentie •een bedrag van 31.590,De vermindering van 100,naar 75,'voor de bestuurscommissies leidt tot een "winst" van 23.350,zodat het amendement van de P.v.d.A. per saldo extra uitga ven ten bedrage van 8.240,met zich meebrengt. Dit is ter beoordeling aan de raad. Er zullen nog begrotingswijzigingen moeten worden gepresenteerd en de raad moet maar uitmaken wat hij rechtvaardi ger vindt; ik zei al dat de gekozen bedragen ar bitrair zijn, zij het dat ik persoonlijk een voor keur voor een bedrag van 100,voor de be stuurscommissies heb. Ik meen hiermee alles te hebben gezegd wat er te zeggen valt en de raad over de consequenties van een en ander te hebben geïnformeerd. De heer HOFSTé: De heer Crul zei zojuist dat ik vergoedingen royaal zou hebben genoemd. Ik heb echter gezegd dat de kortingen zeer drastisch zijn en dat is diametraal het tegenovergestelde. Wat het amendement betreft: omdat een notitie over de adviescommissies op komst is waarvan wij de uitkomst niet kennen, willen wij de discussie daarover afwachten en de vergoedingen voor de be stuurscommissies niet verder aantasten. Om die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 223