22 DECEMBER 1983
2312
omdat het zojuist door mij genoemde bedrag in de
beschikking wordt opgenomen, waarmee naar ik heb
begrepen de raad akkoord kan gaan.
De heer De Waal en ik zullen het vermoede
lijk nooit eens worden. Hij sprak over verkopen
van een beleid, maar ik probeer aan een beleid
gestalte te geven, daarbij afspraken nakomend in
de richting van de jongeren èn in de richting van
de raad. Het is echter bekend dat wij op dit punt
van mening verschillen. De heer De Waal heeft nog
de vraag gesteld of naar onze mening het experi
ment als niet geslaagd moet worden beschouwd.
Voor wat betreft het verkrijgen van zicht op de
randgroepjongeren beschouw ik het experiment als
geslaagd, maar ten aanzien van het ambulant jonge
renwerk komt het resultaat niet geheel overeen
met onze wensen inzake de wijze waarop de werkers
daaraan gestalte zouden moeten geven. In die zin
zou het experiment dus minder geslaagd kunnen wor
den genoemd. De heer De Waal heeft overigens zo
juist het landelijk steunpunt aangehaald en hij
weet dus ook hij kan dat eveneens in het werk
plan lezendat juist dit soort experimenten een
duidelijk zicht hebben gegeven op wat onder rand
groepjongerenwerk moet worden verstaan. In Zaan
dam zou men blij zijn als men kon werken op de
wijze waarop in Breda mag worden gewerkt, terwijl
de betrokkenen in Breda om hen moverende redenen
al een stapje verder zijn. Er kan nog geen duide
lijk beeld worden gegeven van hoe het er voor wat
betreft de randgroepjongeren precies uitziet; het
vormen van dat beeld is nog in ontwikkeling. Wij
gaan in ieder geval met het ministerie, het J.J.C.
en de instellingen die de verantwoordelijkheid op
zich hebben genomen in overleg. Het bericht om
trent de opzegging van de kant van de beleidsgroep
en de organisatie is eerst gisteren schriftelijk
bij het college binnengekomen en wij willen ons
daarover dan ook eerst nog beraden. Misschien zal
er na de discussie in het college iets anders
naar voren kunnen worden gebracht.