2337 22 DECEMBER 1983 lezen dat wij daarvoor de 125.000,willen re serveren. Wij spreken dus niet alleen over de leenbijstand, maar ook over een aanvulling daarop. De VOORZITTER: Akkoord, maar ik wil erop wijzen dat niet alleen de mensen die voor leen bij stand in aanmerking komen in de problemen zit ten en dat niet alleen de mensen die onder de bij stand vallen problemen kennen. Zoals ik in de commissie al heb gezegd zal nog een andere cate gorie van mensen in Breda blij zijn als zij op de ze manier aandacht kan krijgen voor haar woonlas- tenproblematiek. Deze bank zal voor hen niet de drempel hebben die wel aanwezig is bij de commer ciële banken met hun mooie entree en een anders te kwalificeren opzet. Overigens spreek ik hier bij niet partijdig een voorkeur voor één van bei de uit. Er is evenwel een categorie mensen die de weg naar de kredietbank, die in gemeentelijke handen is, ook bij een wat commerciëlere opzet gemakkelijker zullen vinden dan de weg naar de commerciële banken, maar daarover zouden we na tuurlijk tot het laatste moment kunnen strijden. Mevrouw Van Rooij heeft zich afgevraagd of het personeelsbestand wel helemaal voldoende zal zijn voor de activiteiten, maar ik vind dat we hiermee voorlopig moeten starten. Zoals ik al zei zullen we met elkaar in contact moeten blijven over dit onderwerp en de vinger aan de pols moe ten houden. Op een gegeven moment zal dan wellicht ook de vraag aan de orde komen of tot personeels uitbreiding moet worden overgegaan. In de richting van de heer Dreef merk ik nogmaals op dat de Vereniging voor Volkskrediet wezen ons heeft geholpen bij het bepalen van dit standpunt. Wij hebben afgesproken dat wij de des kundigheid van deze vereniging graag bij de zaken willen betrekken. De heer Simons heeft aangedrongen op nauwer contact met het EnWa. Ik durf het bijna niet te zeggen, maar hierin ligt weer een voordeel van een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 2337