2361 22 DECEMBER 1983 minnelijke schikking wordt ook door ons voorge staan, maar wij zijn het met de wethouder eens dat die niet ten koste van elke prijs dient te worden bereikt. Het is overigens leuk van St. Joseph te vernemen dat de vermogenspositie door een minne lijke schikking niet mag worden aangetast. Uit economisch oogpunt is dat reëel, alleen heeft zij wel mede zichzelf in een dergelijke positie ge bracht. Zelf had zij de schade reeds in 1979 kun nen beperken tot zes a acht ton en nog altijd geldt toch de spreuk: wie het onderste uit de pan wil, krijgt het lid op de neus. Wij gaan er ook mee akkoord dat de gemeente de poot strak houdt en dat 'hoger beroep uitkomst in deze kwestie zal moeten geven. Hopelijk vindt de stadsadvocaat nu wel de juiste argumenten en motieven om het gelijk aan de kant van de gemeen te krijgen. Verbazingwekkend was overigens het harde standpunt van de P.v.d.A. in de commissie wonen. Bij de behandeling meende ik dat er sprake was van een ommezwaai bij de P.v.d.A. naar een hard, doelmatig en efficiënt projectontwikkelaarsbeleid. Hopelijk zal zij vaker op deze toer gaan. Het is inmiddels al bijna weer een maand ge leden dat deze kwestie in de commissie is behan deld. Kan de wethouder nu de allerlaatste stand van zaken geven? Mevrouw PELLIS: Ditmaal citeerde de heer Bok- kelkamp, maar volgens ons deed hij dat echt hele maal fout. Ik heb namelijk destijds helemaal niets over projectontwikkelaars gezegd, maar goed. De heer BOKKELKAMP: Ik citeer ook niet. Mevrouw PELLISHij meende iets te hebben onthouden of zo* Wel hebben wij in de commissie inderdaad een vrij hard standpunt ingenomen. Toen de gemeente in de eerste zaak in het ongelijk werd gesteld heeft de raad het college de opdracht

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 2361