261 24 FEBRUARI 1983 daartoe ook niet de ruimte in deze openbare raadsvergadering daarover informatie te geven. De VOORZITTER: Misschien wilt u uw betoog even onderbreken. Ik wil onze gasten op de publie ke tribune graag zeggen dat zij hier zeer welkom zijn, maar dat het een goede gewoonte is dat wij in de gelegenheid worden gesteld ons werk te doen. Ik vind dat iedereen ons die gelegenheid moet ge ven en ik vraag de aanwezigen dat te doen. Zeker bij dit onderwerp, maar ook bij andere onderwer pen, moet men van elkaar kunnen horen wat er wordt gezegd. Ik verzoek onze bezoekers dringend de gang van zaken in de raad op geen enkele wijze te onderbreken of verstoren. Het woord is aan de heer Sandberg. Wethouder SANDBERG: Het is van belang te ver melden dat op 22 februari op het bedrijf een be spreking is gevoerd tussen directie en onderne mingsraad, de bewindvoerder, een tweetal vertegen woordigers van de raad van bestuur, alsmede verte genwoordigers van de Kamer van Koophandel, de ge meente, de provincie en de Brabantse Ontwikke lingsmaatschappij. Tijdens deze bijeenkomst is het overlevingsplan besproken. We hebben een toelich ting gekregen, er is een uitvoerige discussie ge voerd en er waren allerlei vragen die uiteraard niet stante pede dezelfde avond konden worden be antwoord. Gezamenlijk is besloten in een kleine commissie het plan verder uit te diepen en van nadere argumentatie te voorzien. De commissie zal bestaan uit vertegenwoordigers van de gemeente, de provincie, de Brabantse Ontwikkelingsmaatschap pij en de diverse bedrijfsgeledingen, administra tie en directie. In de zeer ingewikkelde materie waarom het hier gaat, vragen diverse aspecten om aandacht, zoals de cash flow op kortere en lange re termijn, de rentabiliteit op termijn, de order positie en de offertepositie. Deze aspecten moe ten met elkaar in verband worden gebracht. Zoals

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 261