311
24 FEBRUARI 1983
de fractie die zonder een wethouder te leveren het
programakkoord heeft medeondertekend naar haar me
ning te vragen, want zij heeft niet voor niets
haar fiat aan dat akkoord gegeven. Dit is mis
schien een kleinigheid, maar ik hoop dat de vol
gende keer correct wordt gehandeld. Er zal wel
sprake zijn van een omissie als gevolg van de nog
zo nieuwe situatie dat een fractie niet in het
college vertegenwoordigd is en wèl mag meespelen.
Wij zijn het met het betoog van mevrouw Pau-
lussen geheel eens. Ook naar onze mening zouden
degenen die direct bij het bijstandsbeleid betrok
ken zijn, daarover moeten kunnen meepraten. Er
moet niet over hun hoofden heen over hun belangen
worden gesproken.
De heer VAN DONGEN: Ik ben blij dat ik heb
gehoord wat de vorige sprekers te zeggen hadden.
Toen hier werd besloten met een open procedure te
beginnen is dat is naar ik aanneem in de notu
len terug te vinden al aangekondigd dat zo'n
procedure niet een volmaakte maar slechts een ver
beterde situatie tot gevolg zou kunnen hebben.
Uit de tot nu toe gemaakte opmerkingen maak ik op
dat men in zekere zin naar een open procedure met
enige geslotenheid toe wil, want de nadruk die op
de leeftijd en op de inschakeling van jongeren
wordt gelegd, komt naar mijn mening neer op een
verzwakking van de openheid. Ik heb begrepen dat
het in principe voor iedereen in Breda mogelijk is
geweest te solliciteren, zij het dat bijvoorbeeld
op het gebied van de beschikbare tijd beperkingen
hebben moeten gelden. Ik kan het standpunt dat men
inneemt niet begrijpen en ik herhaal nog eens mijn
opmerking van destijds: "Volmaakt zal het nooit
zijn." De nieuwe wijze van het komen tot een voor
dracht heeft, zo heb ik begrepen, tot gevolg gehad
dat enige vertraging is opgetreden. Ik sluit mij
bij de woorden van mevrouw Paulussen aan, voor
zover zij heeft gezegd dat de te benoemen personen
in deze tijd een zeer moeilijke taak zullen