24 FEBRUARI 1983
336
te splitsen en de onderdelen a en b apart in stem
ming te brengen, in welk geval wij alleen onder
deel a zullen kunnen steunen.
De heer BOKKEUCAMPIk meen weinig over dit
voorstel te behoeven zeggen, want het is in de
commissie uit en te na besproken, terwijl de ver
schillende argumenten inmiddels ook hier weer zijn
herhaald. In vele van de aangevoerde argumenten
kan ik mij vinden en zeker ook in de criteria zo
als die zijn gesteld inzake de locatie De la Rey-
weg.
Over de claims op de militaire terreinen zal
het laatste woord vermoedelijk nog niet zijn ge
vallen binnen deze raad, want die zullen zeker ook
met betrekking tot het verkeerscirculatieplan en
in verband met de binnenstadsbesluiten aan de orde
komen. Er is gesteld dat wanneer je elkaar recht
in de ogen wilt kijken in dezen het woord "chanta
ge" moet worden genoemd, maar het laten vallen van
onze claim is in het kader van redelijke en zake
lijke onderhandelingen met een economisch karakter
gebeurd. Het gebruik van het woord "chantage" gaat
mij in dit verband te ver. Voor wat betreft de
scholing wijs ik erop dat hier in Breda slechts
van één n.b.c.-scholing sprake is en dat er heus
niet meer bij zullen komen. Ik 'heb de indruk dat
de heer Simons nog wel enige militaire scholing
behoeft. Wellicht zou het goed zijn als hij zijn
diensttijd nog eens over zou doen, opdat hij zou
weten waarover hij praat.
Wethouder WELSCHEN: Soms wordt over besluiten
die van minder belang zijn langer gepraat dan over
het onderhavige, dat overigens feitelijk nog maar
een voorfase in het kader van de realisering van
het ziekenhuis betreft en dat zeker niet de garan
tie biedt dat wij het eind ook zullen bereiken,
al hopen wij dat uiteraard wel en zullen wij daar
aan ook alles doen. Zekerheid is er echter nog
niet; wij zijn nu met de eerste stappen bezig.