360 10 MAART 1983 ik denk dan met name aan het voorstel inzake het verkeerscirculatieplan. Het verkeerscirculatie plan kent een relatie met het verkeer in de bin nenstad en het is erg belangrijk voor de struc tuur die wij in de binnenstad wensen, inclusief het parkeren. Het parkeren en het verkeer zijn naar onze mening onlosmakelijk met elkaar verbon den. U wilt het één van het ander los snijden door nu de notitie inzake het verkeerscirculatieplan ter kennis te brengen en later te overwegen wat er met andere aspecten, onder andere het parkeren, moet gebeuren. Wij vinden dit een wat moeizame gang van zaken en wij vermoeden dat in verband met de uitkomst van het parkeeronderzoek en de hero verweging van de besluiten het verkeerscirculatie plan wellicht weer zal moeten worden gewijzigd. Het zal genoegzaam bekend zijn hoe onze frac tie over het parkeren denkt. Ik heb begrepen dat de heer Ten Wolde de kleine clubs iets wil toe dichten dat echter niet helemaal opgaat. Wij zijn van mening dat goede parkeervoorzieningen zeker noodzakelijk zijn, maar wij stellen daarbij wel randvoorwaarden in verband met de andere functies in de binnenstad. Het streven naar volledige werkgelegenheid wordt eveneens genoemd als onderbouwing van de beslissing om bepaalde besluiten te heroverwegen en daarbij gaat het dan met name om de claims van kantoren. Onzes inziens zijn vooral kleinschalige kantoorlocaties rond de binnenstad en aan de rand van de binnenstad gewenst teneinde bepaalde func ties te kunnen handhaven. Wij vragen ons echter wel af hoe lang wij de betreffende claims nog moe ten laten liggen, gelet op de ontwikkelingen ten aanzien van het Stationsplein, waar al jaren een vrij desolate toestand heerst. Het volgende onderwerp waarover ik iets wil zeggen is de herijking van het parkeervergunnin- genstelsel. In de eerste plaats vragen wij ons daarbij af wat u precies onder "herijking" ver staat. Wellicht is "herijking" iets anders dan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 360