418
10 MAART 1983
bepaalde regels in acht moeten worden genomen. Ik
heb moeite met het vanavond gestelde dat hetgeen
op dit punt in het preadvies staat een diskwalifi
catie van de rest van ons gemeentelijk apparaat
inhoudt, want dat is gewoon niet waar. Wanneer je
iemand ergens geschikt voor vindt, zelfs bij uit
stek geschikt, betekent dat niet meteen een degra
datie voor alle anderen. Ik wijs op de omstandig
heden waaronder de nieuwe gemeentesecretaris moet
functioneren, mêt alle bevoegdheden en opdrachten,
waarbij een dikke streep onder het trekken van de
reorganisatie moet worden gezet. Naar ons oordeel
is de heer Van Asperen in de hele club voor deze
functie de enige en de beste en daarmee zeg ik
niets ten nadele van de andere door ons zeer ge
waardeerde functionarissen in de top van het amb
telijk apparaat van de gemeente Breda. Om deze
redenen zijn wij op de heer Van Asperen afgekoerst,
Ik moet ook het volgende vertellen en ik geef
toe dat dat een bewijs van armoede is. Dit hele
college is van oordeel dat de raad met zijn ver
ontwaardiging gelijk heeft, maar het totale colle
ge, bestaande uit twee V.V.D.-wethouders, twee
C.D.A.-wethouderséén Partij van de Arbeid-wet-
houder plus nog een burgemeester, is tevens steeds
van mening geweest dat wij deze route konden vol
gen, waarbij we goed op onze bek zijn gevallen. Ik
kan nog altijd geen antwoord geven op de vraag hoe
dit nu precies is gekomen. Waren we zo druk bezig
met de reorganisatie dat we inderdaad te hard heb
ben gelopen en met name de raad voorbij zijn gelo
pen, zijn we te enthousiast geweest en kende nie
mand het reglement van orde precies? Ik durf op
deze vragen gewoon geen antwoord te geven. Ik ver
tel u dit omdat niet de indruk mag bestaan die in
de wandelgangen wel eens dreigt te ontstaan, name
lijk dat er boos opzet in het spel zou zijn ge
weest en dat met opzet mensen, met name raadsleden
op het verkeerde been zijn gezet. Ik heb zelfs nog
erger kwalificaties gehoord, die ik nu niet durf
te noemen. Laat dergelijke gedachten niet bestaan.