470 14 MAART 1983 Dat is naar de mening van mijn fractie ook ver klaarbaar omdat er steeds meer taken naar het I.M.W. worden toegeschoven en er inzake de aanpak en uitvoering van bepaalde taken nauwelijks con crete richtlijnen zijn te geven. Op deze wijze gaan medewerkers van vergelijkbare instellingen oriënterend, initiërend en uitvoerend aan het werk met een ongetwijfeld groot engagement en -hoe kan het ook anders? - soms meer functionerend vanuit het instituut dan voor de groepen waar het om gaat. Het is in het belang van zowel de instellingen als van de gemeente en de aan haar zorg toevertrouwde groeperingen dat er een inventarisatie komt van taken, bezetting per taakgebied, wijze van organi satie en coördinatie en beheersbaarheid van het geheel van de welzijnsproblematiek. In dezen heeft de heer Römkens een belangrijke coördinerende taak. Ook van de zijde van de gemeente zullen vi sies daarop moeten worden ontwikkeld, waarmee een verdere ontwikkeling naar doeltreffende organisa tie en samenwerking kan worden gestimuleerd. Zoals voor de instandhouding van de werkgelegenheid een goede organisatie en goed management onontbeerlijk zijn, dienen deze ook tot stand te komen op soci aal-maatschappelijk terrein nu zovelen daarvan afhankelijk zijn of nog zullen worden. Hierbij mag niet in "oeverloosheid" worden vervallen, want dat kunnen we ons, nu de problematiek allerwege om een spoedige en adequate aanpak vraagt, niet meer ver oorloven Aan het verder doorvoeren van bezuinigingen zal uiteraard niet zijn te ontkomen. Wel zal daar bij moeten worden onderzocht hoe lang nog kan wor den verder gegaan met een gelijke verdeling over de verschillende functies en bij welke functies de maatschappelijke acceptatiegrens is gepasseerd. De V.V.D.-fractie denkt daarbij met name aan de functies welzijn en de sociale dienst, waarop bij toenemende werkloosheid in toenemende mate een beroep zal worden gedaan. Tegen deze achtergrond

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 470