16 MAART 1983 563 De heer Hendricks heeft vraagtekens gezet bij een opmerking van de wethouder m.e.m. in de com missie, inhoudend dat ten aanzien van de bezuini gingen in de volgende jaren het begrotingstekort taakstellend is en dat daarbovenop al of niet ac tiviteiten via de prijskaartjesactie uit het pro gramakkoord komen, je kunt daar lang of kort over praten, maar ik vind het levensgevaarlijk om in deze situatie, in deze verhouding met het rijk en in dit Nederlands economische klimaat, al te gauw te komen tot twijfel over de waarde en het nut van een sluitende begroting. Als je dat als uitgangs punt neemt, moet je, denk ik, weinig marges laten om niet op voorhand taakstellend te zeggen dat de verwachte begrotingstekorten zullen moeten worden gesaneerd. De gemeente Breda is toevallig iets an ders dan het rijk en heeft niet de marge om al te gauw af te stevenen op niet-sluitende begrotingen. Dit is de achtergrond van mijn opmerking: ik vind het voor de HUG-operatie gewoon taakstellend dat primair de begrotingstekorten worden inverdiend. We hebben dan nog niet eens over de vertaling van ons programma gepraat. Ik heb nu iets over de begroting en over de HUG-operatie gezegd en ik kom vervolgens tot het maken van enkele andere financiële opmerkingen. Het valt mij op dat van de kant van de raad men moet zich dat niet aantrekken! geen enkel woord over het meerjarenperspectief is gezegd. Hopelijk betekent dit dat het de raadsleden duidelijk is en dat de desbetreffende stukken in grote mate voor kennisgeving kunnen worden aangenomen. De heer DREEF: Mag u ons al vragen in dezen een ander standpunt te bepalen? De meeste fracties moeten over dit belangrijke boekwerkje naar ik aanneem nog praten Wethouder VAN DUN: Ik denk dat we elkaar niet goed begrijpen. Dit stuk is uitputtend behandeld in de commissie middelen en milieu en het valt mij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 563