568
16 MAART 1983
daarop, maar dan moet u niet op de zaken vooruit
lopen door uitspraken te doen over wat er in Bre
da moet gebeurenIn dit verband doen zich enige
signalen voor. Tot mijn en zijn groot genoegen kan
ik de heer Dreef mededelen dat vanmiddag een ver
gadering van het georganiseerd overleg is gehouden
en dat zich in die vergadering toevallig een gran
dioze aanleiding presenteerde om dit punt naar vo
ren te brengen. Men vroeg namelijk in het georga
niseerd overleg naar de situatie met betrekking
tot de scheidende directeuren. Ik heb een uitleg
gegeven en ik heb de eigen betrokkenheid, lijfe
lijk en vanuit de materiële verantwoordelijkheid,
daarbij vermeld. De heer Dreef zal op voorhand
kunnen inschatten hoe men reageerde toen ik zei
dat we van de hele discussie kunnen afkomen als we
de wachtgeldregeling op de helling zetten. Deze
mededeling werd op zijn minst niet met gejuich
ontvangen. Eerder was er sprake van een zeker af
grijzen, want de wachtgeldregeling is wel het
laatste wat de vakorganisatie ter discussie wil
stellen. Dit is het cruciale verhaal en als de
heer Simons vindt dat het anders is moet hij het
maar zeggen
In het kader van het personeelsbeleid heb ik
al melding gemaakt van de arbeidsplaatsengarantie
tot 1 januari 1984. Er is verder nog een vraag
gesteld, met name door de heer Dreef, over de
"poolvorming overcompleet personeel". Vooralsnog
zal uitvoering van de bedoelingen van de heer
Dreef grote problemen met zich meebrengen. Het
zelfde geldt voor de door de heer Dreef ontwikkel
de gedachten ter zake van het volgen van een voor
keursbeleid ten aanzien van mannen bij eventuele
ontslagen in het gemeentelijk apparaat. Alleen al
een technische uitwerken van de gedachte "bij
eventuele ontslagen eerst mannen en dan pas vrou
wen ontslaan" stuit op dermate grote problemen,
dat wij er vooralsnog niet aan denken. Wèl is met
ons de komende tijd te praten men kan op dat
punt initiatieven van de kant van het college