582
16 MAART 1983
worden gelezen dat aan de wettelijke rechten van
het bijzonder onderwijs zal worden getornd. Dezer
zijds wordt het programakkoord onderschreven en
wordt het ook uitgevoerd. Ik vind dat er geen en
kele reden en geen enkele aanleiding is om te ver
onderstellen dat daarmee wordt of zal worden ge
sjoemeld. Ik zou er bijna aan willen toevoegen;
het C.D.A. zou van deze wethouder beter moeten
weten.
Ik wil er nog iets aan toevoegen in de hoop
dat dat niet opnieuw tot misverstanden aanleiding
zal geven. De gemeente heeft op het gebied van het
onderwijs een meervoudige taak. Natuurlijk, zij
moet het bijzonder onderwijs geven waar het recht
op heeft. We kennen die taak en we gedragen ons er
naar. Daarnaast echter is het gemeentebestuur ook
schoolbestuur van een groot aantal scholen voor
kleuter-, lager en buitengewoon onderwijs, alsmede
van de g.t.s. en het stedelijk gymnasium. Ik vind
dat die tweede taak beter dan in het verleden uit
de verf moet komen. Voor de raad en voor het college
lijkt het mij noodzakelijk in gezamenlijkheid de
lijnen uit te stippelen waarlangs het openbaar
onderwijs zich zal moeten gaan ontwikkelen. Dit
betekent dat een beleidsnota moet worden opgesteld,
specifiek voor het openbaar onderwijs in de eigen
verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur. Ook
op dit punt is een toezegging gedaan ter zake van
het eerder door het college aangekondigde pread
vies over het scholenspreidings- en onderwijsplan.
Ik zal proberen in ieder geval de totstandkoming
van die nota over het openbaar onderwijs met
kracht te bevorderen.
De heer Ten Wolde heeft het mij wat moeilij
ker gemaakt. Hij refereert in zijn inleiding over
onderwijs aan een onderzoek met betrekking tot de
efficiency van de schooladvies- en -begeleidings
dienst (SAD)In de beperkte tijd die ons ter be
schikking stond hebben wij echter over een derge
lijk onderzoek geen informatie kunnen krijgen.
Wèl is mij bekend dat met name staatssecretaris