594
16 MAART 1983
geven. Een landelijke notitie over jeugdwerkloos
heid verschijnt volgens mijn inlichtingen midden
1983.
Toch vinden wij dat blijvend grote nadruk
moet worden gelegd op arbeidsinpassingsprojecten
het leven van beroepsvaardigheden en het in stand
houden van opleidingservaring. Ondanks de slechte
perspectieven op een werkkring willen wij dat niet
loslaten. De werkervaring en de scholing die wor
den opgedaan, staan garant voor het in stand hou
den en uitbreiden van de beroepsvaardigheden.
Van de zijde van de P.P.R. is gesproken over
het uitgroeien van het A.K.Btot een professio
nele ondersteuningsinstantieIk ben het wel met
de gemaakte opmerkingen eens. Wij hebben dezelfde
hoop als de P.P.R.maar ik meen ook te moeten
zeggen dat de ontwikkelingen in de eerste plaats
afhangen van de kwaliteit en de resultaten van het
werk van de betrokkenen. De gemeente zal natuur
lijk nooit voldoende geld hebben voor allerlei ex
tra beroepskrachten uitsluitend voor dit gebied.
In ieder geval kan het A.K.B. verzekerd zijn van
stimulering en een positieve benadering van de
kant van de gemeentelijke overheid, zeker ook in
een wat groter verband.
De heer Hendricks van D'66 heeft de vraag ge
steld of de "B.O.D.E.M. plus" niet zou kunnen wor
den uitgebouwd tot een regionaal steunpunt van de
B.O.M. We hebben daarover nog eens met het provin
ciaal bestuur gesproken. Ik denk dat het goed is
in deze regio iets te hebben wat als zodanig zou
kunnen functioneren. De discussienota die we te
dien aanzien hebben opgesteld, ligt nu bij de di
verse partners binnen het B.O.D.E.M.-overleg. Zo
als men weet hebben we in het verleden al geza
menlijk aan acquisitie gedaan en een folder uit
gebracht. Het is de bedoeling binnenkort nu toch
weer te gaan centraliseren naar één loketfunctie,
één telefoonnummer etcetera. De B.O.M. moet eigen
lijk nog gestalte krijgen en de B.O.D.E.M. als
regionale aftakking van de B.O.M. zou dus in een