602
16 MAART 1983
we natuurlijk-zo nu en dan de mogelijkheid om het
een en ander te wijzigen en het is soms inderdaad
verstandig dat te doen. Er kunnen dan koopwonin
gen huurwoningen worden en andersom, maar zodra
het contingent binnen is geven we niet één woning
wetwoning weg om er een koopwoning van te maken.
We bouwen echt alle woningwetwoningen en we zijn
er keihard van overtuigd dat dat ook moet.
De tweede "poot" waarover ik aan het begin
van mijn beantwoording sprak, is het beheer van
het bestaande woningbezit. Daaronder kan worden
verstaan: zowel het onderhoud en het renoveren van
grote aantallen na-oorlogse woningen als het in
tegraal stadsvernieuwing plegen in buurten die
daarvoor in aanmerking komen. Ter zake van renova
tie en groot onderhoud kan worden geconstateerd
dat bewoners langzamerhand steeds sterker voor
groot onderhoud gaan kiezen en dat zij verbeterin
gen daarbij niet nodig vinden. Ik denk dat dit
vanuit de inkomenssituatie begrijpelijk is, maar
dat het aan de andere kant voor de kwaliteit van
het woningbezit erg slecht is. Bij ons is de lijn
nog steeds dat waar mogelijk tot renovatie moet
worden gekomen, met de consequenties die daaraan
vast zitten. Het liefst zou je dan de renovatie
gelijktijdig met isolatiewerkzaamheden uitvoeren,
maar de directe voordelen van bewoners bij een
goede isolatie zijn dikwijls zó moeilijk onmid
dellijk aantoonbaar en overtuigd over tafel te
brengen, dat soms ook voor het achterwege laten
van isolatie wordt gekozen. Je zou voor renovatie
met centrale verwarming en gelijktijdig goed iso
leren moeten kiezenmaar in de totale woonlasten
komt men dan duurder uit. Hoewel er sprake is van
comfortverbetering, neigen veel mensen op het
ogenblik naar een soberder programma van alleen
groot onderhoud. Voor de kwaliteit is dat jammer
en ook met het oog op het comfort dat naar mijn
mening in iedere woning normaal zou moeten zijn,
valt het te betreuren, maar je hebt te respecte
ren welk deel van het inkomen men op het ogenblik