685 17 MAART 1983 willen vasthouden aan wat wij nu hebben, want het is een feit dat veel vrouwen daarmee allesbehalve gelukkig zijn en dat het bij hen zeker niet om luxe problemen gaat. Vanuit die gedachtengang heeft zij ons onze opmerking ontlokt. De VOORZITTER: Er staat de heer De Waal nog slechts een zeer korte tijd ter beschikking. De heer DE WAAL: Ik begrijp ook wel dat er nu geen nieuwe tijd van tien minuten ingaat. Ik vind het jammer dat wethouder Sandberg niet nader is ingegaan op ons voorstel om het faillissement van het Industrie- en Havenschap te onderzoeken en dat hij ook geen reactie heeft ge geven op de vraag wat er zal gebeuren indien geen faillissement wordt aangevraagd. Wij pleiten voor een soort van "sterfhuis-b.v.wat van onze kant misschien wat vreemd aandoet. Wij zijn van mening dat het gedeelte waar bedrijven staan moet worden behouden en dat het gedeelte waar nog niets is ge vestigd failliet moet worden verklaard. Morgen vindt bij de provincie over deze aangelegenheid een besloten commissievergadering plaats, bij wel ke gelegenheid de P.S.P. deze mogelijkheid zal in brengen teneinde toch de discussie rond het Indus trie- en Havenschap te doen opstarten. Wij hebben niet van de wethouder gehoord wat hij gaat doen met zijn vergoeding voor het be stuurslidmaatschap. Overigens heeft de burgemees ter ons niet geantwoord op onze vraag of nog ande re wethouders een bijverdienste naast hun wethou derschap hebben. Wethouder Van Asseldonk scoorde natuurlijk leuk met zijn opmerking dat de P.S.P. in de com missie stelde dat het cultuurbeleid een puinhoop is, maar vervolgens in haar algemene beschouwingen daarover niets naar voren bracht. Voor een deel heeft hij daarin gelijk, maar aan de andere kant doet zich ten aanzien van de cultuur als zodanig het probleem voor dat de bezuinigingen ten aanzien

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 685