691 17 MAART 1983 De heer SIMONS: Ik zal dat doen, maar ik weet voor 100% zeker dat er nog een tweede brief is. Vermoedelijk heb ik van die andere brief zelfs nog een copie. De heer VOORZITTER: Ik spreek nu over een brief van de minister van Defensie, die ik giste ren eveneens al heb aangehaald. Ik heb één brief, maar het kan zijn dat de minister er ook één aan de burgemeester van Eindhoven heeft geschreven. Door twee leden van de gemeenteraad is over heroverweging ter zake van het lidmaatschap van de V.N.G. gesproken. Ik heb daarover gisteren iets gezegd, dat in een bepaalde context was geplaatst. Voor zover hieromtrent misverstand zou bestaan, wijs ik erop dat heroverweging vanzelfsprekend niet op voorhand betekent dat er tot een andere houding zal worden gekomen. De heer Ten Wolde heeft een opmerking over nota's en notities gemaakt; van notities kan ove rigens worden verondersteld dat zij wat korter en krachtiger zijn dan nota's. Ik ben het op dit punt wel met de heer Ten Wolde eens, maar ik vrees dat hij aan hetgeen ik zeg niet veel zal hebben. In derdaad moeten wij ons zelf de tijd gunnen om kort te zijn het opstellen van korte notities kost over het algemeen veel meer tijd dan het maken van nota's waarin je alles maar opschrijft maar ik ben er niet zeker van dat wij daarin ook zullen slagen. Bovendien ben ik er bang voor dat wanneer bepaalde nota's en notities niet zouden worden uitgebracht, dit ook weer tot onvrede in de raad zou leiden, omdat er dan een gebrek aan informa tie zou worden ervaren. Ik wil hierover echter best nog eens spreken. De heer TEN WOLDE: Ik heb niet aangedrongen op vermindering van het aantal, maar op vergroting van de effectiviteit. Ik neem aan dat u via een instructie naar het personeel toe daaraan iets zou kunnen doen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 691