707
17 MAART 1983
sterfhuisconstructie voor het Industrie- en Haven
schap. Ik moet u zeggen dat ik er gewoon niet toe
in staat ben op dergelijke onzinnige vragen in een
dergelijk kort tijdsbestek een zinnig antwoord te
formuleren; dat is godsonmogelijk. Ik wil best nog
eens in de commissie werken over de toekomst van
het Industrie- en Havenschap praten, over de zor
gen die het college daarover heeft en de zorgen
die de raad hieromtrent moet hebben, maar van dit
soort kreten neem ik afstand, want die leiden
niet tot een behoorlijke oplossing.
Gisteren door de heer Simons en vandaag door
de heer De Waal werd mij de persoonlijke vraag ge
steld wat ik persoonlijk doe met mijn persoonlijke
presentiegeld van het Industrie- en Havenschap
Moerdijk. De heren Simons en De Waal vinden kenne
lijk dat dit soort persoonlijke vragen in de raad
thuishoren, maar het is mijn vrijheid te menen dat
die vragen best mogen worden gesteld in de koffie
kamer van het stadhuis of in de wandelgangen. Ik
wil best een antwoord op die vragen geven, maar
niet in deze raadszaal, omdat wij ons hier bezig
houden met het gemeentelijk beleid en niet met het
persoonlijk beleid van wethouder Sandberg.
Wethouder WELSCHEN: Ik wil in sneltreinvaart
de punten doornemen die met betrekking tot mijn
sector nog aan de orde zijn gekomen.
Het C.D.A. heeft een vraag gesteld over de
lagere aantallen woningen die in 1983 zullen wor
den opgeleverd. Ik heb gisteren aangegeven waaraan
dat ligt en het lijkt mij goed dat ik vandaag mee
deel waaraan het niet ligt. De reden is niet gele
gen in het feit dat ik het ongepast zou vinden als
beginnend wethouder direct te starten met het aan
tal dat mijn voorganger na twaalf jaar had bereikt.
In de nota volkshuisvesting is een woningbouwpro
gramma opgenomen en dat programma halen wegelet
op de aantallen die nu in de planning zitten, nog
steeds; wij lopen daar op dit moment eerder op
voor dan op achter.