17 MAART 1983
714
geleverd is de reden daarvan uitsluitend gelegen
in het feit dat het verstrekken van die cijfers op
die korte termijn niet mogelijk is of omdat deze
cijfers in dit verband niet goed tot hun recht
zouden komen. Voor het overige zijn uiteraard cij
fers voor de raadsleden altijd beschikbaar; dat
moet volstrekt duidelijk zijn.
De heer HENDRICKS: Op welke termijn kunnen
wij die dan wel tegemoet ziqn?
Wethouder WELSCHEN: Ik wil daarover graag een
afspraak maken voor een moment dat de heer Hen
dricks goed uitkomt.
Er zijn verder nog wat opmerkingen gemaakt
die ik persoonlijk zou moeten beantwoorden, met
name van P.P.R.-zijde. Ik meen dat dit niet het
moment is om daarop in te gaan, terwijl er boven
dien gisteren in feite al genoeg over is gezegd.
Verder ben ik van mening dat men de Partij van de
Arbeid-wethouder niet moet aanspreken als men de
Partij van de Arbeid-fractie bedoelt wanneer het
gaat om argumenten inzake collegedeelname.
Wethouder RöMKENSDe heer De Werd heeft ge
constateerd dat ik de vragen over sociale tarieven
niet heb beantwoord. Dat klopt, want daarop is de
heer Van Dun zowel gisteren als vandaag ingegaan.
Het is de heer De Werd als niet-ondertekenaar van
het programakkoord wellicht minder bekend dat in
hoofdstuk III van dat akkoord op pagina 11 onder
punt 7 daaromtrent afspraken zijn gemaakt. De heer
Van Dun heeft gisteren en vandaag gezegd dat de
tarievennota zoals door de heer De Werd bedoeld
samen met de woonlastennota over zes maanden in
zijn bezit zal zijn. Ik meen er mij van ontslagen
te mogen achten om daar verder op in te gaan.
De heer De Werd heeft vervolgens iets opge
merkt over onduidelijkheid ter zake van de coördi
natie. Zoals hij weet is bij de behandeling van
plan en programma daarover ook al een signaal naar