745 21 MAART 1983 heer Ten Wolde omtrent beperking van het aantal commissies heeft gezegd. In de derde plaats menen wij dat in het kader van de tweede ronde van de HUG en de reorganisatie vanaf 1985 de zaken min of meer sychroon zullen gaan lopen. In de tussentijd kan onzes inziens de commissies m.e.m. de gang van zaken volledig begeleiden. Wethouder VAN DUN: In het rapport inzake de derde fase van de eerste ronde van de HUG hebben wij nadrukkelijk geschreven dat wij zoeken naar middelen om de raad beter bij het proces als zo danig te kunnen betrekken, maar als de raad daar aan geen behoefte heeft doen we het zelf wel! De heer TEN WOLDE: Ik ben het er volstrekt mee eens dat de raad beter en misschien ook wat eerder bij het proces dient te worden betrokken, maar dat neemt niet weg dat we uitermate zorgvul dig moeten omspringen met het tijdsbeslag dat al in hoge mate op de raadsleden wordt gelegd. Naar mijn mening kan de commissie m.e.m. de plaats zijn waar de informatie over de ontwikkeling in dezen wordt verschaft. De wethouder gaf zojuist aan dat alle fracties aan de voorgestelde commissie kun nen deelnemen, waardoor een groep met ongeveer de zelfde samenstelling als de commissie m.e.m. zal ontstaan. Mevrouw VAN ROOIJ-VAN DEN HEUVEL: Ik verzoek u over deze motie stemming te doen plaatsvinden. De heer SIMONS: Het is mij niet duidelijk waarom hierover moet worden gestemd. De motie is toch door het college overgenomen? De VOORZITTER: Het lijkt mij denkbaar dat ten aanzien van een aantal moties, waaronder deze, bij handopsteken wordt gestemd. Hierna wordt motie 1 bij handopsteken

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 745