21 MAART 1983 758 Ik wil met één concreet voorbeeld aangeven waarom ik met deze motie blij ben. Als collega Welschen een notitie inzake de woningbouwlocatiesde plaatsen waar de contingenten moeten worden gerea liseerd, wil uitbrengen, heeft hij het recht aan mij te vragen waar dat niet moet gebeuren, derhal ve waar zich milieugevaarlijke plaatsen bevinden. Dat straks de milieudienst daarover het permanent beheer zal gaan voeren, is iets anders. De heer TEN WOLDE: Ik heb uit de toelichting van de wethouder niet begrepen dat in de huidige gang van zaken bij de planvoorbereiding dit soort aspecten niet onder de loep worden genomen. Verder ben ik geschrokken van zijn opmerking dat wij van de milieudienst de eerste twee jaar weinig hebben te verwachten. Ik ben van mening dat de motie op dat punt niets zal bijdragen en voorts moet het mijns inziens een automatisme zijn dat wanneer de milieudienst eenmaal is ingesteld de bedoelde as pecten op tafel worden gelegd, ongeacht de her komst. Om die reden blijven wij de motie overbodig vinden. Hierna wordt motie 5 bij handopsteken aange nomen De VOORZITTER: Ik constateer dat de fracties van de V.V.D. en de P.S.P. tegen de motie hebben gestemd De heer HENDRICKSIk geloof dat zich een nieuwe oppositieleider aan het aandienen is! Motie 6 (gewijzigd)ingediend door de heer Ten Wolde "De raad in vergadering bijeen op maandag 21 maart 1983, gehoord de discussies rond de begrotingsbehandeling 1983, kennis geno men hebbende van de toezeggingen van de wet houder van financiën met betrekking tot de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 758