21 MAART 1983
762
beraadslagingen in twee instanties worden gevoerd,
wat naar het mij voorkomt toch niet de gewoonte is.
Bij moties kan toch uitsluitend van stemverklarin
gen sprake zijn?
De VOORZITTER: Ik verzoek de raad inderdaad
pogingen te doen zich daaraan te houden en zich
ook voor wat het geven van toelichtingen op de in
gediende moties te beperken.
Het is overigens inmiddels half 10 en het
lijkt mij daarom goed dat wij nu eerst pauzeren.
De vergadering is geschorst.
PAUZE
De VOORZITTER: De vergadering is heropend.
Naar ik heb begrepen wordt het van uw zijde
op prijs gesteld dat wordt volstaan met het geven
van de opvatting van het college en vervolgens het
afleggen van stemverklaringen in één termijn. Daar
na zal dan onmiddellijk het oordeel over de aan de
orde zijnde motie kunnen worden uitgesproken.
De heer DE WERD: Ik ben er tegen dat de raad
slechts één termijn krijgt.
De VOORZITTER: Ik zal steeds naar bevind van
zaken zo verstandig mogelijk handelen.
De heer DE WERD: Dank u wel.
Motie 9 (gewijzigd), ingediend door de heer Dreef,
mede namens de fracties van D'66, de P.S.P. en de
P.P.R.
"De raad van de gemeente Breda in vergadering
bijeen op 21 maart 1983, overwegende dat,
1van een gelijke verdeling van de nationa
le verarming tussen rijk en gemeente geen
sprake is
2. in de afgelopen jaren door het rijk al
veelvuldig is gekort op de algemene