787 21 MAART 1983 Wethouder VAN ASSELDONK: Op 10 maart heeft het college naar aanleiding van vragen van de com missie welzijn II besloten tot het houden van een globaal vooronderzoek naar de haalbaarheid van de plannen van de groep Ypelaar met betrekking tot het pand Mathenessestraathetgeen wij om twee re denen hebben gedaan, zoals ik in antwoord op de algemene beschouwingen al heb aangegeven. In de eerste plaats willen wij de raad inzicht verschaf fen in datgene waarom het hierbij gaat en vervol gens willen wij duidelijk maken dat wij niet van plan zijn tot koop of huur over te gaan. De motie gaat een stuk verder en daarom wil ik voorstellen dat de motie nu wordt teruggenomen en dat wanneer de cijfers beschikbaar zijn hierover nog eens wordt gepraat in de commissie. Als de motie wordt gehandhaafd moet ik aanvaarding ervan de raad ont raden. De heer DE WERD: Er wordt in de motie ge vraagd naar een haalbaarheidsonderzoek, maar wij weten van te voren al dat het verdoezelend zal werken en voorts is het reeds bekend dat bij het college de politieke wil ontbreekt om bepaalde consequenties in de zin van koop of huur uit het onderzoek te trekken. Wij vinden dat het plan ter zake van de Mathenessestraat moet doorgaan, onaf hankelijk van de vraag of dit project op termijn self-supporting zou kunnen worden. Daarom menen wij dat er van het aanvaarden van deze motie geen enkel effect zou uitgaan. De heer DE WAAL: Naast het haalbaarheidson derzoek bevat deze motie nog een ander aspect, want er wordt ook een termijn van twee maanden in genoemd. Wij willen daarmee bewerkstelligen dat snel tot een afronding wordt gekomen en dus ook snel duidelijkheid wordt geschapen. Daarom willen wij de motie ook handhaven. De heer DREEF: Binnen de Partij van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 787