21 MAART 1983 798 standpunt in het programakkoord overeengekomen te heroverwegen.". Ik vind dat Jan. E. de Werd dat verdomd handig doet, want hij heeft zelf de onder handelingen over het programakkoord verlaten en draagt nu het college op het programakkoord te heroverwegen De heer DE WERD: Nee, dan leest u het niet goed. De indiener van de motie is weliswaar Jan E. de Werd, maar in de motie wordt de raad opgeroepen de daarin neergelegde gedachte te ondersteunen. Als de raad de motie ondersteunt, draagt hij het college op een besluit te nemen over zo'n belang rijk punt als erfpacht c.q. verkoop van grond. Dit is een fundamenteel beleidspunt waarover een uit spraak dient te worden gedaan. Wij constateren dat in het verleden niets De VOORZITTER: Mag nu eerst de heer Van Dun uitspreken? Wethouder VAN DUN: Het moet de heer De Werd, die indertijd de onderhandelingen heeft verlaten, volstrekt duidelijk zijn dat de politieke partijen die het programakkoord zijn overeengekomen en dit college ondersteunen hebben bepaald wat er ten aanzien van het erfpachtsgebeuren in deze periode van vier jaar aan de hand zal zijn; dat staat ge woon keihard in het programakkoord. Zojuist is in verband met een andere motie gezegd dat besprekin gen over het programakkoord primair dienen te wor den gevoerd door degenen die het programakkoord hebben samengesteld. Het college kan daarin nooit inbreken De heer DE WERD: Wij hebben in de commissie uitgebreid over dit onderwerp gesproken en toen is door de heer Van Dun in alle toonaarden beweerd dat in de college-onderhandelingen is afgesproken dat voortaan de grond zal worden verkocht, dus dat het principe van erfpacht was verlaten...

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 798