818 24 MAART 1983 De heer SIMONS: Op zichzelf vinden wij aan passing van het Praathuis een goede zaak, maar wij vinden het erg jammer dat het voorstel zich be perkt tot het Praathuis en zich niet uitstrekt tot de raadszaal en de publieke tribune. Het zou onzes inziens juist zijn geweest als ook die ruimten bij dit voorstel waren betrokken; we zijn naar onze mening behoorlijk de mist ingegaan door dat ach terwege te laten. Mevrouw PELLIS: Ook de Partij van de Arbeid- fractie vindt het jammer dat dit voorstel alleen op het Praathuis betrekking heeft. Wij willen u dan ook dringend verzoeken ook andere openbare ge bouwen wat meer toegankelijk te maken voor invali den. De VOORZITTER: Inderdaad gaat het bij dit voorstel uitsluitend om het toegankelijk maken voor minder validen van het Praathuis. Wij hebben met elkaar afgesproken dat de mogelijkheden daar toe heel nauwkeurig zouden worden bekeken, hetgeen ook is gebeurd. De algemene problematiek van het toegankelijk maken van gebouwen voor minder vali den heeft regelmatig de aandacht en ik meen dat ik bij dit voorstel daarop niet nader behoef in te gaan. Het toegankelijk maken van het Praathuis kan mijns inziens een goede zaak worden genoemd. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel van burgemeester en wet houders besloten. 6. bijlage nr. 113 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE HERZIENING VASTSTELLING WIJZE VAN VERVOER EN DE DAARMEE SAMENHANGENDE VERGOEDING VAN DE VER VOERSKOSTEN VOOR LEERLINGEN VAN SCHOLEN VOOR BUITENGEWOON ONDERWIJS. (S) Mevrouw WOUTERS-KOOTSTRA: Dit agendapunt heeft

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 818