81
10 FEBRUARI 1983
De VOORZITTER: Ik denk dat nog wel meer ver
spreiding aan de motie zal worden gegeven. Dat is
uiteraard mogelijk.
De raad aanvaardt hierna zonder hoofdelijke
stemming de navolgende gewijzigde motie:
"De gemeenteraad van Breda, in vergadering
bijeen op donderdag 10 februari 1983;
overwegende dat:
- het kabinet op 2 februari j.l. een besluit
heeft genomen, strekkende tot geen verdere
steunverlening aan de Machinefabriek Breda;
- op basis van alle beschikbare modellen,
welke zijn opgesteld tot oplossing van de
R.S.V.-problematiek, de Machinefabriek Bre
da altijd is gekwalificeerd als een te
handhaven bedrijf met perspectief;
- elementen als werkgelegenheid, know-how,
innovatief vermogen, aanbod van opleidings
faciliteiten van het bedrijf en aantoonba
re perspectieven een doorslaggevende rol
dienen te spelen bij de beoordeling van de
continulteitsmogelijkheden van het bedrijf;
stelt vast dat:
- het kabinetsbesluit is genomen op basis
van een rapportage welke aan de betrokkenen
niet kenbaar is gemaakt;
- dit besluit op een niet te accepteren wijze
afwijkt van de tot op heden naar buiten ge
komen beleidslijn;
spreekt als zijn mening uit dat:
- het kabinet aan de Machinefabriek Breda
een boedelkrediet dient te verstrekken;
- het college van burgemeester en wethouders,
in overleg met directie en ondernemingsraad
van Machinefabriek Breda en alle overige
instanties en betrokkenen, al datgene moet
doen teneinde de Machinefabriek Breda een
eerlijke kans op overleving te geven;
geeft het college opdracht deze motie ter
stond ter kennis van kabinet en