846
24 MAART 1983
wethouder, maar überhaupt, hetgeen het A.K.B.B.
niet geheel is te verwijten. Er moet worden vast- d
gesteld dat de overheid in het verleden een tame- t
lijk afstandelijke houding heeft aangenomen tegen- e
over dit soort visies en ten opzichte van de wijze f
waarop dit soort mensen opereren. Ik meen te kun- F
nen vaststellen dat door de economische omstandig- v
heden daarin een kentering is gekomen. Vandaag de
dag krab je je tweemaal achter je oor voordat je c
een arbeidsplaats laat vallen. De mensen van dit 1
bureau zijn er mijns inziens toe in staat met hun 5
kennis, hun kunde en hun zeer specifieke maatschap- c
pijvisie zeer goed werk te doen, zoals bij dit
soort projecten landelijk ook duidelijk zichtbaar i
is. Wij willen deze mensen de ruimte geven om hun t
initiatieven goed te ontplooien, hetgeen de beste
benadering kan zijn om de door u en door het col- r
lege gewenste samenwerking, teneinde alle krachten
te bundelen, tot stand te kunnen brengen. 1
In de richting van de heer De Werd erken ik
dat dit bureau zich op een zeer specifieke catego- 5
rie richt, maar hopelijk zal het toch zo ver kun
nen komen dat de mensen die onder deze categorie
vallen op een gegeven moment ook bij de instelling c
die de gemeente heeft terecht kunnen. Nog beter c
zou het zijn als wij tot samenwerking zouden kun- i
nen komen, wat op de duur wellicht ertoe zal lei- I
den dat dit werk niet meer apart behoeft te worden
gedaan. Dat zou voor mij de meest optimale situa
tie zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens
conform het voorstel van burgemeester en wet
houders besloten. i
1
13. bijlage nr. 120
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS M.B.T.
DE JAARREKENING 1980 VAN HET INDUSTRIE- EN HA-
VENSCHAP MOERDIJK, ALSMEDE MET BETREKKING TOT
DE 5E en 6E WIJZIGING VAN DE BEGROTING 1980 EN
DE 4E WIJZIGING VAN DE BEGROTING 1981. (S)