21 APRIL 1983 894 van zaken buiten Breda kan ik zelfs stellen dat een dergelijke procedure bij scholenbouw als regel wordt toegepast. Tevens kan ik meedelen dat hier bij kredietoverschrijdingen eveneens als regel daarbij niet plaatsvinden. Daarom levert het voor het college ook geen enkel probleem op om met de visie van de beide schoolbesturen akkoord te gaan, hetgeen dus eveneens een onderhandse aanbesteding inhoudt, binnen de normen die ik zojuist heb aan gegeven. Er zal geen sprake zijn van vrijbuitertje spelen, maar van gericht een aantal aannemers uit nodigen. Hiermee heb ik meteen een antwoord gegeven in de richting van mevrouw Wouters, die vroeg of vol doende aandacht zal worden besteed aan de krediet bewaking, gelet op het feit dat er 230.000, minder zal worden ontvangen dan de normvergoeding. Nogmaals wijs ik op de verklaring zoals afgelegd in de bouwteamvergadering, inhoudend dat het nu voorgestelde krediet toereikend is. De raad moet in dit verband expliciet beslui ten over het gymnastieklokaal, aangezien hij ten aanzien daarvan het bevoegd gezag is. Je zou kun nen uitgaan van een opzet waarbij de schoolbestu ren in bouwteamverband met onderhandse aanbesteding de scholen realiseren, terwijl het gemeentebestuur voor uitsluitend het gymnastieklokaal een open procedure toegepast. Dat ware mogelijk geweest, maar ik meen nauwelijks nog argumenten te behoeven aanleveren voor ons voorstel ook het gymnastieklo kaal binnen hetzelfde verband te doen realiseren. Ik geloof dat we dan ook voor wat betreft de kre dietbewaking op de beste route zitten. Hopelijk behoef ik de raad te zijner tijd met betrekking tot het onderdeel gymnastieklokaal niet met een kredietoverschrijding te confronteren, reden waar om wij ook de waarborgen moeten scheppen dat de kredietbewaking zo goed mogelijk zal geschieden, dit dan ook waar dat thuishoort, dus niet door de wethouder maar in het bouwteamverband.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 894