982 9 MEI 1983 Afhankelijk van de verdere ontwikkelingen zullen wij ons nog nader beraden op mogelijk te nemen stappen VRAAG (gesteld d.d. 23 februari 1983 ing. art. 48 R.v.O) De heer Crul 1Bent U bereid de evaluatie met betrekking tot het functioneren van de genoemde raad te ver snellen zodat spoedig de nodige informatie be schikbaar komt en in commissie en raad bespro ken kan worden. Binnen welke termijn kunnen wij de bespreking in commissie en raad verwachten? 2. Wilt U en kunt in de evaluatie ook aandacht besteden aan de relatie over en weer van de raad met: 1. burgerij en consument; 2. het ambtelijk apparaat; 3. de adviescommissie uit de raad. 3. Op welke manier en op grond van welke argumen ten zijn in het verleden en op dit moment de volgende zaken geregeld: 1de vergoedingen aan de individuele leden en/ of aan instanties; 2. de vergaderfrequentie. ANTWOORD Ad 1. In onze vergadering van 8 maart jl. is besloten dat de A.C.V. ook in 1983 zal blijven bestaan, zo als dit ook reeds in het programma-akkoord 1982- 1986 is vastgesteld. Wij hebben ter informatie hierover een voorstel aan de raad vastgesteld, dat is geagendeerd voor de op 30 maart 1983 te houden vergadering van de commissie Middelen en Milieu. In de daarbij ter inzage gelegde college-omslag met onze beslissin gen van 8 maart 1983 en in de daarin inliggende stukken wordt nader ingegaan op verschillende as pecten met betrekking tot de A.C.V. in 1982.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 982