9 MEI 1983
987
worden gemaakt van het feit dat hier bepaalde ba
kens (financieel) moeten worden verzet, c. De
rijksoverheid geeft in een meerjarenplanning aan
energie-onderzoek 425 miljoen uit, te weten aan
diverse instanties.". Ik behoef die instanties
niet te noemen, maar wel merk ik op dat voor het
energiebesparingsonderzoek in 1983 19 miljoen
wordt uitgetrokken, waarbij het met name zal gaan
om rationeel gebruik van energie in de bebouwde
omgeving. Centraal staat hierbij het onderzoeken
van de energielasten op meso-, macro- en microni
veau, zowel bij de bedrijven als in de gezinnen.
Voorts wordt 6 miljoen besteed voor onderzoeken
ten aanzien van plaatselijk verkeer en vervoer.
Maken wij in Breda van de voornoemde feiten
en middelen een optimaal gebruik in het kader van
de energiebesparing? In onze fractie zitten nogal
wat "doeners" en zij zien voldoende resultaten
van de middelen die inmiddels al zijn uitgegeven
aan de nota aanpak energiebesparing en de energie
besparing. Door een stuurgroep en nadien twee
werkgroepen zijn voorbereidende en uitvoerende
werkzaamheden verricht en thans zal een coördina
tiegroep worden ingesteld om het energiebesparings-
beleid in Breda van de grond te helpen. Gelukkig
stelt u op bladzijde 2 van uw advies dat de stuur
groep en de twee werkgroepen worden gesaneerd,
doch dat de resultaten dan wel voor de Bredase
burgers en bedrijven bekend moeten worden.
Onder punt 2.2 wordt gesteld dat Breda als
gemeente een eigen verantwoordelijkheid draagt
voor het zuiniger omgaan met energieen onder
punt 2.3 lezen we dat in aansluiting op de be
leidsdoelstelling van het rijk tot het jaar 1985,
het gemeentelijk beleid zich ten doel stelt in een
periode van vijf jaar een energiebesparing van
tenminste 10% aan primaire energie te realiseren
door middel van directe maatregelen. Te uwer in
formatie moge dienen dat het totale nationale ver
bruik van energie in 1982 ten opzichte van 1981
reeds met 6,8% is gedaald, terwijl ook de