9 MEI 1983 991 gevolgen van een bepaalde prijsontwikkeling bij de bespaarders terecht komen. Misschien kunt u aangeven of dit tot de mogelijkheden zou kunnen behoren en hoe daarover wordt gedacht. Wij zouden het in elk geval onjuist vinden als dat zou ge beuren. Zoals ik al aangaf is ons op 15 december een goed beeld van de stand van zaken gegeven. Onze fractie zal de ontwikkelingen graag goed blijven volgen door voorafgaand aan ieder jaar een activi teitenprogramma met elkaar te bespreken en aan het eind van het jaar te bezien wat daarvan is uitge komen De heer DE BRUIJN: Wij zijn van mening dat energiebesparende maatregelen belangrijk zijn, al is het ons opgevallen dat langzaam maar zeker het belang hiervan is verschoven van de bezorgdheid voor het uitgeput raken van de fossiele brandstof fen naar het financiële aspect, waaraan de lands- overheid hard meedoet. Onzes inziens is dit een enigszins onjuiste ontwikkeling en mijns inziens dient met name ook de gemeente de mensen te wijzen op het feit dat de brandstoffen uitputtelijk zijn, wat misschien niet voor onze generatie geldt, maar wel voor een volgende. Het is niet voldoende alleen op het financiële aspect te letten. Voor wat betreft de activiteiten die wij in deze nota kunnen tegenkomenmoet het ons van het hart dat het een respectabele lijst is, maar wij vrezen dat het hierbij zal blijven, aangezien de middelen al bijna uitgeput zijn. Wij moeten ons dan ook de vraag stellen wat we nu met deze nota gaan doen. Wordt het net zoiets als de L.P.G.-no ta, die voortdurend blijft liggen? Wij horen dus graag iets over de mate waarin uitvoering kan wor den gegeven. Het lijkt ons in dit verband zinvol dat niet alleen jaarlijks het activiteitenprogram ma wordt bekeken, waarop de heer Crul doelde, maar dat ook een soort van indicatief meerjarenprogram ma wordt opgesteld met een financiële vertaling,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 991