24 OKTOBER 1985 1014 Niet alleen bij die inspraak maar ook in de gehele zaak spelen veiligheid en risico's een grote rol. De wethouder heeft dat dan ook gezegd. Ik weet niet hoe dat zou moeten blijken. Dege nen die angst hebben en onrustig zijn, zijn degenen die de kern centrales niet willen. Degenen die ze wel willen, kennen blijk baar geen onrust of angst en zitten hoogstens met wat onzeker heid maar blijven vooral op de financiële en economische toer. Ook de meerderheid van het college heeft dat gedaan. Het is dan wat moeilijk te accepteren dat de wethouder zegt dat hij er, en de meerderheid van het college, emotioneel bij betrokken is. Deze stellingname is niet te hanteren en het is dan ook niet juist als je daarmee op tafel komt. Ten slotte heb ik nog een opmerking die van belang is voor wat de besluitvorming betreft. Ik heb er met de wethouder in de commissievergadering ook al over gepraat. Het voorstel is eigenlijk een "ja, mits". Die "mitsen" moeten dan van waarde zijn. Hij heeft duidelijk gemaakt dat als die "mitsen", en de heer De Zwart heeft er ook over gesproken, niet waargemaakt worden, het huidige akkoord wordt ingetrokken. Zo zou je dat moeten vertalen. Maar is dat nu reëel? Hebben wij die herkansing nog? Naar onze mening niet. Als niet duidelijk gemaakt kan worden, dat er waarde aan die "mitsen" toegekend kan worden, dan is het een onjuiste en kwalijke voorstelling van zaken. De wethouder heeft mij niet kunnen overtuigen in de commissie dat die "mitsen" inderdaad voor de toekomst iets betekenen. Wethouder RöMKENS Ik vrees dat ik voor een gedeelte van deze raad niet in staat zal zijn hun vragen te beantwoorden. Wat dat betreft sluit ik me geheel aan bij datgene wat de heer De Zwart heeft gezegd. Wij praten vanuit ingenomen stellingen. Ik heb onoverkomelijke moeite met het onrecht wat de heer Crul mij aandoet, door op zo'n onjuiste manier mijn opmerkingen in de commissie uit hun verband te halen. Ik kom daar nog op terug. Sommigen schetsen de totstandkoming van het voorstel van het college als volgt: "We tellen wat financieel economische aspecten, we plaatsen wat kanttekeningen, we zeggen ja en we gaan over tot de orde van de dag." Die benadering doet onrecht aan de wijze waarop het pre advies is opgesteld en de wijze waarop de conclusies door de meerderheid zijn getrokken. Ik zeg dat nadrukkelijk omdat nage noeg door alle sprekers geen vragen zijn gesteld. De tendens is eigenlijk de vraag wat het college gedaan heeft. Het college heeft feitelijk alleen maar de vestigingsplaatsen deel A, wat nu onderwerp is van de PKB-procedurebezien. Ze heeft de criteria die daarin aan de orde gesteld zijn en die geleid heb ben tot een analyse en tot een afweging, toegepast op Moerdijk en is tot de conclusie gekomen dat het kan. Het is zoals de heer Simons zegt, en vanuit zijn benadering terecht, dat je het eigenlijk niet had hoeven te doen, want je mag toch wel aanne men dat ze de criteria goed hebben toegepast. Wij zijn gehouden op grond van een regeringsbesluit, althans wanneer we gebruik willen maken van de inspraak die in de P.K.B. gegeven is, een oordeel te geven. Wij hebben nagegaan in hoeverre de criteria

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 1014