21 NOVEMBER 1985
1034
q. goedkeuring gedeputeerde staten inzake raadsbesluit tot
deelname aan stichting O.B.D. Breda.
Akkoord
283. WIJZIGING STRUCTUUR EN TAKEN VAN HET STADSGEWEST BREDA.
De heer DE ZWART
Ik wil het thans aan de orde zijnde voorstel karakteriseren als
een dood gepraat onderwerp. Daarom geef ik heel kort de volgen
de stemverklaring onzerzijds. De C.DA-fractie geeft voor dit
onderwerp groen licht, omdat zij van mening is dat op papier
thans in voldoende mate tegemoet gekomen wordt aan het onbeha
gen dat in Breda bestaat met betrekking tot het beleid van het
Stadsgewest ten aanzien van de positie van Breda. In de prak
tijk zal moeten blijken of de tot nu toe bestaande onderwaarde
ring van Breda in die mate wordt opgewaardeerd dat ook daadwer
kelijk gesproken zou kunnen worden van een structuur en taken
pakket dat aan onze wensen tegemoet komt. Een positief kriti
sche houding lijkt ons daarom gewenst.
De heer TAKS
Deze 14e wijziging van de gewestregeling is naar het oordeel
van de V.V.D.-fractie een voldoende tegemoetkoming in de rich
ting van Breda. Het voorstel komt op afdoende wijze tegemoet
aan het Bredase verlangen, nl. een vergroting van de Bredase
invloed op het stadsgewestelijk beleid en op de bestuurssamen
stelling. De gewijzigde taakomschrijving erkent uitdrukkelijk
de centrumfunctie van Breda. Op grond daarvan mag Breda verwach
ten dat andere stadsgewestgemeenten meer dan in het verleden re
kening houden met de Bredase belangen. Omgekeerd mogen de stads
gewestgemeenten erop rekenen dat Breda in zekere mate tegemoet
komendheid betracht in de richting van de anderen. Breda heeft
de centrumpositie en dat legt verplichtingen op. De centrumge
meente heeft tot taak een voortrekkersrol te vervullen. Ik vind
dat dat het laatste anderhalf jaar wel sterk vergeten wordt. In
het preadvies komt een dergelijke intentieverklaring eveneens
niet voor. De V.V.D.-fractie vindt dat Breda, als dit conflict
is opgelost, weer stadsgewestelijk zou moeten gaan denken. De
gewijzigde samenstelling van de Gewestraad en van de bestuurs
commissies geeft Breda meer stem, terwijl de handhaving van de
status quo betrekking heeft op de omvang en de samenstelling
van het Dagelijks Bestuur. Het betekent dat Breda, net zoals in
het verleden, vanaf 1986 weer drie plaatsen in het D.B. kan be
zetten
Mevrouw PELLIS
Wij willen het ook laten bij een stemverklaring. Er is in het
verleden voldoende over gezegd. Er is genoeg door Breda ge
protesteerd over de wijze waarop de bestuurssamenstelling is
geschied. Ook wij vinden dat er enigszins tegemoet gekomen is
aan de Bredase eisen. Wij moeten dat wel kritisch blijven vol
gen. In de commissie heb ik aangesneden, dat onze wens een
rechtstreekse politieke afspiegeling van de bevolking blijft.