21 NOVEMBER 1985 De heer RöMKENS Ik dacht dat U rekening had gehouden met de eventuele extra af schrijving die het gevolg zouden kunnen zijn van de verhogin gen. Dat vond ik een nette werkwijze. Ik heb meer verondersteld dan het in feite was. In de richting van de heer De Hoogh het volgende. De meerderheid van het college ontraadt, om bekende redenen de amendementen aan te nemen. Een laatste opmerking be treft de motie. De motie veronderstelt zeker niet datgene wat we in de commissie besproken hebben. Ik heb veertien dagen gele den in de commissie gezegd dat het mij op zich een bijzonder in teressante gedachte lijkt om de effecten in de meest brede zin van het tarievensysteem ook qua kostprijsdekking, de effecten op de burgers en de maatschappelijke effecten te onderzoeken. Ik was op dat moment niet bij machte de toezegging te doen of een operationele probleemstelling te kunnen formuleren op basis waarvan dat onderzoek zou moeten worden gepleegd. Op dit ogen blik wordt een duidelijke inventarisatie gepleegd van een ge lijkende situatie gerelateerd aan kengetallen. De rapportage daarvan ben ik voornemens in de commissie bespreekbaar te stel len. Op grond daarvan kan nagegaan worden of een operationele probleemstelling geformuleerd zou kunnen worden die dan aan het college zou kunnen worden voorgelegd om een oordeel uit te spre ken over verder onderzoek. Die toezegging wil ik doen, maar om nu een toezegging te moeten doen tot een onderzoek zonder dat ik weet of er een probleemstelling te formuleren is, lijkt mij wat moeilijk en dan zeg ik meer toe dan ik misschien kan. Nog maals, we zijn met de inventarisatie bezig. Ik verwacht die rond eind januari te kunnen afronden met een rapportage voor de commissie. Ik zou U op grond daarvan, en de discussie die we daarover in de commissie kunnen hebben, willen vragen deze mo tie op dit ogenblik in te willen trekken, respectievelijk als vervallen uit te spreken, zodat U zich nader na kennisname van de inventarisatie kan uitspreken. Dat waren de diverse spre kers. De heer Bokkelkamp heeft geen concrete rechtstreekse vra gen gesteld, zodat ik me ontslagen acht om op niet gestelde vra gen een antwoord te geven. De heer HENDRICKS Ik denk toch wel dat het nodig is om een stemverklaring uit te spreken. Toen afgesproken is, dat de agendapunten 303 en 304 te gelijkertijd behandeld zouden worden, waren wij nog niet aanwe zig. Dat hebben wij niet geweten. Over agendapunt 304 is genoeg gezegd, daar zal ik me thans over onthouden. De stemverklaring in die zin is ook nodig, zodat ik eerst even de zaken van de P.v.d.A. neem. Ik weet niet wat de heer De Hoogh met de motie doet, die ingediend is. De heer DE HOOGH Ik ben best nieuwsgierig hoe andere fracties tegen de motie aan kijken. De formulering van de motie ligt toch iets genuanceer der, dan destijds in de commissiebehandeling verbaal mogelijk was. Ik wil graag een reactie van de collega's van de raad ho ren 1061

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 1061