12 DECEMBER 1985
1083
van afbouw van de compensatieregeling vakonderwijs en daarvoor
zouden ons nog voorstellen bereiken. Op dezelfde dag dat de onder
wijsbegroting in de commissie werd behandeld, stond er in De Stem
een toelichtend artikel, waarin namens de wethouder en ambtenaren
o.a. mededeling werd gedaan over de gedachte bestemming van deze
gelden. Dit was voor de C.DA-fractie aanleiding om te informe
ren welke afwegingen er binnen het college hadden plaatsgevonden
ten aanzien van de bestemming van de gelden, met name in welke ma
te de subsidiëring van godsdienstonderwijs en humanistische vor
ming in de afwegingen was betrokken. Het antwoord van de porte
feuillehouder was, dat bij de naar voren gekomen verdeling het
godsdienstonderwijs nog niet in het college aan de orde was ge
weest. De reden om hiernaar te vragen zal U duidelijk zijn. Bij
voorkomende gelegenheden, zoals de hug-operatiede begroting
1985 en de kadernota, heeft het C.D.A. bezwaar aangetekend tegen
het wegvallen van deze subsidie. Bij de invulling van de h.u.g.-
bezuinigingen hebben we al gewezen op de te verwachten inkomsten
tengevolge van de invoering van het L0ND0-systeem en onze wens
kenbaar gemaakt om een deel daarvan te bestemmen voor handhaving
van deze subsidie. In de diverse discussies over de voorgestelde
bezuinigingen is duidelijk naar voren gekomen dat niet om princi
piële, maar om financiële, redenen deze subsidie zou vervallen.
We vinden het alleszins redelijk als bij het beschikbaar komen
van extra middelen dit onderwerp ook aan de orde wordt gesteld.
Het antwoord van de portefeuillehouder, nl. dat subsidiëring van
godsdienstonderwijs niet in deze weging betrokken zou worden,
heeft ons verbaasd. Als grootste collegepartner mogen we verwach
ten dat een zaak die onze fractie van hoge waarde acht minstens
serieus zal worden beoordeeld. In de collegevergadering van 20 no
vember j 1toen het concrete voorstel besproken werd, hebben de
CDA-wethouders dan ook bezwaar aangetekend tegen de voorstel
len. Niet in de eerste plaats om de nu voorgestelde bestemming,
maar op grond van het feit dat er geen weging heeft plaatsgevon
den tussen de diverse mogelijke bestemmingen, waaronder voor de
CDA-fractie subsidie op godsdienstonderwijs ook gerekend moet
worden. Onze fractie zal dit voorstel niet steunen. Wij zijn er
ons echter ook van bewust dat het hier om eenmalige middelen voor
1985 gaat en dat we voor de besteding van de compensatiegelden
1986 tot en met 1996 nog voorstellen kunnen verwachten. We vinden
het een reële zaak als bij de beraadslagingen binnen het college
over de besteding van de structurele gelden voor de periode van
tien jaar, de door ons gevraagde voortzetting van de subsidie op
godsdienstonderwijs en humanistische vorming in de weging wordt
meegenomen, alsmede gemotiveerd. Daartoe willen wij U hierbij een
motie aanbieden. Dit voorstel geeft aanleiding tot nog enkele op
merkingen. De besteding van deze gelden, bestemd voor het gehele
basisonderwijs, zou nog besproken worden in een overleg tussen de
portefeuillehouder en de diverse richtingen van het bijzonder on
derwijs. Deze bijeenkomst is uitgesteld en zal nu morgen plaats
vinden de dag nadat dit voorstel in de raad wordt behandeld. Wa
ren de deelnemers aan dit overleg bij het vaststellen van een
nieuwe vergaderdatum op de hoogte van de behandeling van dit agen
dapunt vanavond? Het lijkt ons van niet, want vandaag bereikte