16 DECEMBER 1985 1149 ander tot nu toe niet geresulteerd heeft in meer financiële arm slag voor de gemeenten. Deze geringe financiële armslag heeft naar onze stellige overtuiging gedurende de gehele raadsperiode een stempel gedrukt op het gevoerde beleid. Zeer bewust praat ik niet over een negatief stempel, omdat je op deze wijze juist gedwongen wordt tot het nastreven van een efficiëntere en effec tievere benutting van de beschikbare middelen en tot het doen van keuzen, hetgeen wij steeds hebben bepleit. In 1982 hebben wij aangekondigd dat het voor ons in deze raadsperiode vooral zou gaan om: een volkshuisvestings- en stadsvernieuwingsbeleid dat uit zou gaan van een goede huisvesting van de gehele bevol king; een werkgelegenheidsbeleid dat er zich op zou richten dat de gemeente, voor zover dat in haar vermogen zou liggen, een ac tieve rol zou vervullen in het behouden van bestaande werkgele genheid in alle sectoren en in het bestrijden van de werkloos heid en een welzijnsbeleid, dat rekening zou houden met de ver schillende vormen in de samenleving, waarbij waarborgen voor deugdelijkheid, doelmatigheid en democratisch functioneren, ei gen initiatief en verantwoordelijkheid van de burgers uitgangs punten zouden zijn. Wanneer wij deze toenmalige CDA-program prioriteiten thans vergelijken met hetgeen in deze periode daad werkelijk is gerealiseerd en we nemen hiervoor als onderlegger de door U in november jl. gepresenteerde nota "stand van zaken voortgang programakkoord 1982-1986", dan willen wij stellen dat het totale resultaat door ons positief gewaardeerd wordt, zij het dat wij het gevoel hebben dat een aantal recent uitgevoerde program-onderdelen tenderen naar haastwerk. Helaas zijn wij ook deze raadsperiode weer geconfronteerd met een groot aantal wij zigingen in de samenstelling van college, raad en commissies. Dergelijke veranderingen doen de continuïteit van bestuur en de consistentie van beleid geen goed. Over de wijze waarop partij en, die het programakkoord hebben onderschreven, met elkaar heb ben samengewerkt het volgende. Met inachtneming van het feit dat we met elkaar bezig zijn in een politiek bedrijf vinden wij, dat de ervaren samenwerking ons in het algemeen tot tevre denheid stemt. Echter met de kanttekening dat naar onze mening in deze raadsperiode het feit dat P.v.d.A. en D'66 op landelijk niveau in de oppositie zitten, regelmatig een ongewenste rol heeft gespeeld bij het niet kunnen komen tot een consensus tus sen alle raadsfracties van de "regeringspartijen". Het is met name dit punt dat wij ten zeerste betreuren. Niet zonder vreug de wordt door U vermeld dat U, na het in de kadernota gesigna leerde tekort van 1 miljoen, er in geslaagd bent om ook voor 1986 een sluitende begroting voor te leggen. Geheel conform het programakkoord is dit de 4e sluitende begroting op rij, waarmee wij U willen complimenteren. Dit betekent echter niet, dat wij bij deze begroting en het financieel perspectief geen op- of aanmerkingen hebben. Wij zijn niet gerust over de ontwikkeling van de algemene uitkering, temeer omdat onvoldoende duidelijk is in welke mate Breda in aanmerking blijft komen voor de ver fijningsregelingen en wat het toenemende beroep op deze regelin gen gaat betekenen voor de uitkeringsbasis. In de capaciteit is nu nog sprake van een eenmalig voordeel van f 700.000,-- in het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 1149