16 DECEMBER 1985 1154 zullen wij een motie indienen. Door U wordt aangegeven dat de politiële samenwerking zich in de praktijk buiten de officiële basisregeling voltrekt en dat een efficiënte samenwerking van onderaf opgebouwd, vraagt om een kleiner gebied dat mogelijk aansluit bij de indeling in stadsgewesten. Dit laatste roept de vraag op of in Uw visie in de toekomst het stadsgewest moge lijkerwijs ook gaat functioneren als platform voor bestuurlijk overleg op het gebied van openbare orde, criminaliteit en ver keer. Met betrekking tot de positie van Breda in het stadsge west hebben wij onlangs onze instemming betuigd met de veertien de wijziging van de regeling stadsgewest Breda. Deze veranderin gen geeft op papier in ieder geval aan, dat het stadsgewest meer expliciet zowel de centrumfunctie als de groeistadfunctie van onze gemeente erkent. In hoeverre deze erkenning ook in de praktijk zal worden gepraktiseerd, zal nog moeten blijken. Voor alsnog nemen wij ten aanzien van een en ander een positief kri tische houding aan. Over de toekomst van samenwerking tussen Breda en Tilburg door middel van het C.B.T. zijn wij ook na de presentatie van de nota hieromtrent niet gerust. Het in de auto matiseringswereld geven van een produktiegarantie van 5 jaar is zodanig uniek, dat wij ons afvragen of we met name alleen al op dit punt op de goede weg zijn. Hoewel formeel geen sprake is van gedwongen winkelnering bij het C.B.T. als het gaat om aan schaf van apparatuur en programmatuur, lijkt het ons dat, ge zien de medeverantwoordelijkheid van Breda voor het C.B.T., het hier wel op neer zal komen. In dit kader komt de vraag op of een dergelijke constructie de ontwikkeling van het automatise ringsbeleid van Breda niet te veel in de weg staat. Op het ge bied van de ontwikkelingssamenwerking is met de besluitvorming van de raad op 24 oktober jl. uitvoering gegeven aan hetgeen hieromtrent is vastgelegd in het programakkoord. Kennis hebben wij inmiddels kunnen nemen van het standpunt van de stichting ontwikkelingssamenwerking in Breda over deze besluitvorming. Het doet ons genoegen om te horen, dat zij voornemens zijn nu zo spoedig mogelijk met hun werkzaamheden te starten. De beste ding van de toenemende vrije tijd vraagt om voorzieningen en ac commodaties van velerlei aard. Hoewel door de inzet van de BR.W-gelden en eigen gemeentelijke investeringen het aanbod van accommodaties aanzienlijk wordt uitgebreid, willen wij er toch op aandringen dat vanuit de gemeente meer initiatieven wor den ontplooid in de richting van het particulier initiatief ten einde het P.I. te stimuleren tot de realisatie van accommoda ties met een multifunctioneel karakter. Over het centraal be heer van de zwembaden willen wij er geen enkele onduidelijkheid over laten bestaan voorstander te zijn van privatisering. Wij zijn benieuwd of U onze mening deelt. In november is de lang verwachte jeugd- en jongerennota verschenen. Hoewel deze nota nog in de inspraak is, willen wij nu reeds opmerken dat bij de uitvoering van het nog vast te stellen beleid het reguliere jeugd- en jongerenwerk een duidelijke rol dient te vervullen. Daartoe dringen wij met klem aan op een voorwaardenscheppend beleid met speciale aandacht voor de positie van de vrijwilli ger. Het cultuurbeleid heeft zich de laatste jaren in de goede richting ontwikkeld. Vele zaken zoals omschreven in de nota

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 1154