21 JANUARI 1985 116 niet doorgegaan en ik heb dus niemand van wie ik wat kan lenen, althans niet binnen de eigen club. Ik denk dat het het verstan digst is om de raad alvast te zeggen dat ik over de zaken die wethouder Van Dun naar voren heeft gebracht rond locatiesubsi die, sanering Grondbedrijf B en fonds stadsvernieuwing, ook al om elke schijn van tegenspraak te vermijden, verder mijn mond hou en dat is ook wanneer het gaat over een aantal zaken rond de binnenstad die wethouder Sandberg volgens afspraak in zijn betoog heeft ingevlochten. Ik wilde de verschillende onderwer pen maar wat rubriceren en beginnen met stadsvernieuwing. Uit eindelijk is het zo dat in deze begrotingsvergadering straks bij de besluitvorming nogal belangrijke besluiten rond die stadsvernieuwing moeten worden genomen en ik denk dat het wel goed is dat we op een aantal punten die U naar voren hebt ge bracht, nog even kort ingaan. De CD. A-fractie heeft ten aan zien van stadsvernieuwing zijn zorg uitgesproken ten aanzien van de gebiedbepalingIn feite zegt men, er zijn nu een aantal aangewezen stadsvernieuwings-stimuleringsgebieden en daarnaast wordt eigenlijk nauwelijks geld uitgetrokken om het een en ander systematisch en goed aan te pakken. Bij die stadsver nieuwingsstimuleringsgebieden is dan inmiddels wel de binnen stad bijgekomen en is ook Tuinzigt aangeduid, maar U hebt ge lijk; er is geen duidelijke lijn gelegd in de richting van allerlei buurten van rond of vlak na de oorlog, waar in Neder land inmiddels duidelijk van bekend is dat ook daar het een en ander aan moet gebeuren wil je niet over een aantal jaren in dezelfde stadsvernieuwings-problematiekmaar dan in die wij ken, terechtkomen. Op het ogenblik is het zo dat we de oudste buurten en de buurten die ook de grootste fysieke problematiek kennen, in de stadsvernieuwings-stimuleringsgebieden op een rij hebben gezet en dat we daaraan primair onze aandacht geven. In halen van de grootste achterstanden is dat. Daarnaast is het in de Bredase situatie zo, dat nogal wat wijken van rond de oor log, als ik het zo mag noemen, Tuinzigt, Heuvel enz., intussen zeer ingrijpende processen van woningverbetering en woonomge vingverbetering hebben gekend, zodat ik aanneem dat we daar niet straks met een stadsvernieuwingstrein langs hoeven. In feite is daar al erg veel opgeknapt. Er zal nog het een en ander moeten gebeuren maar een zo grote achterstand als stads vernieuwingsbuurten hadden 15 jaar geleden, zullen die buurten nooit krijgen. Ze zijn recent bijna allemaal en bijna volledig op de schop genomen. U weet dat we ook proberen om in de Hoge Vucht nog wat extra aandacht te geven aan minstens één van de onderdelen van de wijk daar en dan is het echt zo dat onze moge lijkheden zijn uitgeput. De andere gebieden komen zoals de plan nen nu liggen voor 1990 niet werkelijk aan bod. Ik denk dat dat een kwestie van keuzes is. Wij hebben de keuze bewust aan U voorgelegd om te zorgen dat in de buurten waar je geweest bent, je de zaak ook goed afwerkt. We hebben ook niet al te veel geld om meer te doen, want alhoewel iedereen het fonds stadsver nieuwing langzamerhand als de oplossing voor elk probleem ziet, is het toch zo dat we ongeveer hetzelfde hebben gekregen wat we anders van het rijk zouden krijgen en dat we dus ook niet al te veel aan uitbreiding van activiteiten kunnen doen. Het C.D.A.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 116