16 DECEMBER 1985
1185
een dergelijke discussie. De afweging tussen financiële en prak
tische zaken vragen om algemene criteria bij dit soort voorne
mens. Vooral de ontwikkeling rond de alternatieve energievoor
zieningen zijn voor D'66 daarbij van wezenlijk belang. Over de
financiële ruimte nog het volgende. Bij de behandeling van de
eerder genoemde Kadernota is door onze fractie een voorstel ge
daan om de financiële ruimte te vergroten door het vrijmaken
van het vastgelegde vermogen en de stille reserves. Uw college
zag geen mogelijkheden om vóór deze begrotingsbehandeling
hieraan invulling te geven. Onze vraag is dan nu ook: hoever is
het college met de daadwerkelijke uitvoering van dit voorstel?
We hebben geconstateerd dat bij het onderzoek naar mogelijke
nieuwe huisvesting voor de milieudienst en de dienst Wonen de
door ons geopperde suggestie wordt meegenomen. Hoe staat het
echter met de mogelijkheden van verkoop en terughuur van de
overige bestaande gemeentelijke huisvesting? Over de regorga-
nisatie het volgende. De reorganisatietrein dendert voort. Dat
is wellicht ook maar het beste, om aan de onzekere situatie,
waarin veel gemeente-ambtenaren al geruime tijd verkeren, een
einde te maken. Met deze reorganisatie zijn we er nog niet. De
gemeente, als servicebureau voor de burgers, vereist een voort
durende zorg voor de kwaliteit van het te leveren produkt. Be
langrijk daarbij is aandacht voor de werknemers, niet alleen in
hun functioneren naar de burgers toe, maar ook wat betreft de
mogelijkheden die er voor hen zijn als werknemer binnen een gro
te organisatie. Een onderdeel van het personeelsbeleid, dat ons
inziens nogal geleden heeft onder andere, politieke, prioritei
ten, is de loopbaanplanning en -begeleiding. Dit is een essen
tieel onderdeel naar onze mening, niet in de laatste plaats
voor doorstroming van vrouwen naar hogere functies. Juist nu de
reorganisatie in een gevorderd stadium is, achten wij de tijd
gekomen dit aspect nadrukkelijk uit te werken en te praktise
ren. Graag zien we van Uw college op korte termijn een notitie
tegemoet hoe een evenwichtiger personeelsbeleid gestalte zal
gaan krijgen. De relatie burger-raad-college. In al onze algeme
ne beschouwingen (althans in deze raadsperiode) hebben wij na
drukkelijk gewezen op de problemen in de relatie burger-bestuur
en raad-college. In de laatste algemene beschouwingen is ook
door andere fracties aandacht geschonken aan vooral de relatie
raad-college. Wij vinden het een goede zaak dat de discussie
zich verbreedt. Zoals reeds in de inleiding is aangegeven, is
D'66 van mening dat het overleg binnen het college, tussen de
fractievoorzitters en tussen beide geledingen een aanzet kan
zijn tot een daadwerkelijke verbetering. Essentieel hierbij
blijft evenwel de wil van alle participanten in het overleg om
tot verbeteringen te komen, ook ingrijpende. De discussie over
ons eigen functioneren is aldus in gang gezet. Centraal daarbij
moet ons inziens staan het optimaal functioneren van de raad
als geheel en de afzonderlijke fracties in het bijzonder. For
meel en praktisch gezien kan hieraan een verschillende uitleg
worden gegeven. Het gaat D'66 om een volwaardig kunnen functio
neren binnen de raad, waardoor een praktische aanpak bij ons
ver de voorkeur verdient boven "prinzipiën-reiterei"Geconsta
teerd kan worden dat het de gemeenteraad thans ontbreekt aan