16 DECEMBER 1985
De heer HENDRICKS
Het gaat niet om genadebrood, maar om de wijze waarop we met el
kaar omgaan.
Mevrouw PAULUSSEN
De behandeling en de vaststelling van de Kadernota 19 8 6 was
voor de gemeenteraad een tussenstation bij de voorbereiding van
de begroting 1986, zo meldt ons de aanbiedingsbrief bij de be
groting. Andere fracties hebben daar ook al bij stilgestaan. De
kadernota zou een instrument moeten zijn voor de raad om be
leidskeuzen te maken als voorbereiding voor de begroting. Alle
fracties hadden kritiek op de eerste Kadernota, die varieerde
van: geen perfect stuk; geen keuzen mogelijk; geen toekomstvi
sie; een Katernota. Leest U de notulen er nog maar eens op na.
Dan gaat deze aanbiedingsbrief verder en zegt: "De weerslag van
de Kadernota 1986 vindt U terug in de ontwerpbegroting". Het
mag dan niet verwonderen, dat ook in de begroting 1986 beleids
visies en beleidsuitgangspunten ontbreken. Het lijkt erop alsof
de wethouders elkaar hebben willen overtreffen in vage, niets
zeggende, fragmentarische, uiterst beperkte toelichtingen op de
begrotingsonderdelen. Ze zijn daar goed in geslaagd. Van diver
se fracties is hierop al kritiek geweest, vanmiddag, maar ook
in de commissievergadering. Wij willen U vragen: is het de be
doeling dat het college op deze manier de begroting aan de raad
blijft presenteren? De opstelling van de comptabiliteitsvoor-
schriften geeft meer inzicht in de cijfermatige opstelling,
maar we missen node de achterliggende beschrijvingen van de
hoofdlijnen van beleid per sector en van het totale gemeente
lijk beleid. Bij herhaling stelt het college - en dat zeggen we
hier in de raad - dat de gemeenteraad zich meer met de hoofdlij
nen van het beleid zou moeten bezighouden. Indien deze echter
ontbreken, hoe kan dan de raad tot initiatieven komen? Hoe kan
de raad, en ook dat is vanmiddag al gezegd, zijn controlerende
functie realiseren? Vanaf de behandeling in de commissies is de
begroting aan de raad gepresenteerd in een niet eindigende
stroom van papieren, het ene na het andere, blauwe boeken, wit
gele boeken. Zonder enige toelichting en samenhang is het in
feite voor ons niet acceptabel, niet meer te volgen, en veel
meer jammer nog, niet meer te beïnvloeden. Dit was een korte in
leiding. Ik kom nu tot het eerste hoofdpunt van beleid en we
hebben dit genoemd: op papier: emancipatiebeleid als facetbe
leid, maar in werkelijkheid, geen beleid! November 1984. 8 no
vember 1984! Eindelijk is het dan zover. Het voorstel van burge
meester en wethouders met beleidsuitgangspunten en maatregelen
voor het vrouwenemancipatiebeleid wordt in de raad besproken en
vastgesteld. Ik had hier op papier een stukje geschiedenis
staan. Ik zal dat nu overslaan om niet in problemen te komen
met de tijd. De hoofddoelstellingen van het vrouwenemancipatie
beleid werden herzien, en op 8 november 1984 vastgesteld. Het
is niet langer achterstandsbeleid, maar het bevorderen van de
ontwikkeling van de huidige maatschappij naar een maatschappij
waarin ieder, ongeacht sekse of burgerlijke staat, de mogelijk
heid heeft een zelfstandig bestaan te verwerven en waarin vrou
wen en mannen gelijke rechten en vrijheden kunnen realiseren.
1200