16 DECEMBER 1985
1208
De VOORZITTER
Dank U zeer. Ten aanzien van de presentatie van het beleid heb
ben de heer Martens en mevrouw Paulussen gezegd, dat er eigen
lijk door de veelheid van papier, geschriften, blauwe, witte en
gele begrotingen en alles wat daarbij komt toch bijna een on
doorzichtige situatie is ontstaan, waarbij opgemerkt werd dat
het veel cijferwerk en weinig beleid was. Ik denk dat het colle
ge ermee eens is dat we ten aanzien van de presentatie van het
beleid in de aanbiedingsbrief niet daar zijn waar het college
zelf ook wil komen. Het is een te summiere presentatie geweest
en wij hopen dat wij ieder jaar daar wat meer aan kunnen doen.
Het moet niet vele jaren duren, voordat het hoofdstuk inderdaad
het beleidsstuk is en de cijfers de bijlage. Bepaald juist is
de opmerking van de sprekers, dat het nu nog het omgekeerde
is. Wij beloven ons best te doen. Tenslotte heb ik nog een voor
opmerking ten aanzien van het feit dat geen van de sprekers
over de brandweer gesproken heeft, die in mijn portefeuille
zit. Ik heb begrepen dat, aangezien wij verleden week zeer uit
voerig daarover gepraat hebben, men van mening was, gezien de
beperkte spreektijd, dat men niet in herhaling moet treden. Ten
aanzien van een aantal zaken zullen wij als college natuurlijk
niet antwoorden daar waar sprekers zich hebben laten verleiden
om te spreken over het regeringsbeleid. Dat hebben wij met
belangstelling gevolgd. We voelen ons niet geroepen om daarop
antwoorden te geven, behalve daar waar de relatie gelegd werd
naar het locale beleid. Wat mijn portefeuille betreft ben ik
weliswaar verantwoordelijk voor de coördinatie van het beleid
en vandaar ook voor het programakkoord. Ik moet op dat terrein
toch terughoudend zijn, omdat ik daarin maar een zeer marginale
rol speel. We zijn het er overigens mee eens dat het pro
gramakkoord, en we waarderen de woorden van lof, voor een groot
gedeelte is uitgevoerd. Jammer is de opmerking van het C.D.A.,
maar misschien niet geheel onterecht, dat het een beetje haas
tig moest gebeuren. We streven er in ieder geval in zijn alge
meenheid naar om kwalitatief goed werk af te leveren. We zijn
het met de heer Taks eens dat voor het toekomstig programak
koord ook het college hoopt, dat er een programakkoord komt met
een wat globalere opzet, met een goede financiële onderbouwing
en waarbij de uitwerking in werkprogramma's inderdaad in nauwe
samenspraak met portefeuillehouders en functionele commissies
zal kunnen plaatsvinden. Ten aanzien van de samenwerking van de
politieke partijen, laat ik het voor wat het is. De C.D.A.-spre
ker, de heer De Zwart, heeft een verklaring gegeven waarom er
wel frictisch zijn opgetreden. Hij heeft daarvoor als verduide
lijking gegeven dat wij hier locaal samenwerken, terwijl de
P.v.d.A. en D'66 op landelijk niveau in oppositie zitten. Ik
laat die opmerking voor wat het is. In ieder geval heeft toch
ook de V.V.D.-fractie uitgesproken dat we, de afgelopen periode
overziende, mogen praten van een constructieve wijze van samen
werking tussen de diverse fracties en ook binnen het college.
Ik heb een enkele opmerking over de bestuurlijke organisatie.
Op 7 december heeft er inderdaad een conferentie plaatsgevonden
tussen collegeleden inclusief de gemeentesecretaris en de frac
tievoorzitters, gericht op het verbeteren van het bestuurlijk
