16 DECEMBER 1985
precies als we kunnen. Ik denk dat je dat op dit moment ook fei
telijk niet kunt verbeteren. We zijn zelf actief geweest zoals
uit de effecten van de bouwbeurs blijkt. Die effecten zijn posi
tief en zullen binnenkort aan het college en aan de commissie
worden aangeboden om te bepalen of het allemaal gelopen is zo
als U bedoelde. Zoals het nu op papier staat, conform gegevens
van de begeleidingsgroep waar alle participanten in deelnemen,
is het een zeer positief verhaal. Daarnaast is door een fractie
gevraagd of je wat actiever kan worden in de sfeer van grondaan-
biedingem. Er is al lang geleden de opdracht gegeven om inder
daad allerlei percelen grond, die voor woningbouw bestemd zijn,
actief op de markt brengen. U moet dus niet verrast zijn wan
neer er binnenkort advertenties vanuit de gemeente verschijnen
om bepaalde percelen, die zich lenen voor vrije sectorbouw, aan
de man te brengen. Wat ons betreft, en we hebben dat één en an
dermaal gezegd, is uitstroom vanuit de centrale stad naar de
randgemeenten een slechte zaak. Wat we eraan kunnen doen, zul
len we ook doen. Op het ogenblik zijn de contacten met initia
tiefnemers bilateraal. We kunnen zelfs in de krant op de adver
tentiepagina's gaan invullen wat we in de pijplijn hebben. Het
C.D.A. vraagt of je geen risico's loopt en of de complexen niet
te groot zijn. In het algemeen zijn de complexen die we in aan
bouw hebben niet groot. Misschien zit er een enkel complex tus
sen waarvan U dat zegt, maar wat is een absolute maatstaf? Er
gaan er 143 van de Algemene komen en er is komend jaar ook wat
meer van Laurentius te verwachten. Gezien de vraag hebben we
daar geen probleem mee, ook op termijn niet. De afspraken, die
we hebben gemaakt met grotere initiatiefnemers, zijn zodanig
dat zij grotere plannen indienen. Die zijn zeer flexibel, zowel
wat financieringscategorie betreft alsook wat feitelijke woning
grootte betreft. Pas op het laatste moment wordt bepaald wat in
de markt afzetbaar is. Tegen die achtergrond is de vraag van
het C.D.A. om een integrale nota over wat we nu in de Haagse
Beemden precies moeten doen, een te moeilijke opgave. Ik denk
dat we in de Haagse Beemden bij het meenemen van de initiatief
nemers in het ontwerp al zeer rationeel te werk gaan. De func
ties moeten op het ogenblik alle zeilen bijzetten om de termij
nen te halen die daar liggen. Het zal moeilijk zijn om de toe
komstige ontwikkeling van de inkomens, de vergrijzing, de eman
cipatie, de vrije tijd en de veiligheid mee te nemen. Het is be
ter dan we op het ogenblik doen binnen wat er al gepresenteerd
is. Dat is dus de nota Volkshuisvesting. Dat is dus het verhaal
wat de burgemeester houdt over de veiligheid. Wat we verder aan
het proberen zijn met een hele reeks groepen, die aan het kij
ken zijn, maar dan veel minder op het toepassen van de plannen
op Breda, bijvoorbeeld wat je met vrouwen in de ruimtelijke or
dening kunt doen. Ik denk dat de C.D.A.-vraag niet kan worden
toegezegd, omdat ik de sterke indruk heb dat we het niet beter
kunnen dan het op het ogenblik op tafel leggen. Er is door de
P.v.d.A. gevraagd iets te doen aan maatschappelijk gebonden
eigendom. Daar kun je een bepaalde laag mensen mee helpen die
eigenlijk net niet kunnen kopen. Iedereen moet zich echter wel
realiseren dat aan het verhaal ook risico's zitten. Je hebt dan
kopers, die zich als huurders gedragen. Er zit gemeentegarantie
1221