16 DECEMBER 1985
1230
inderdaad tegen de achtergrond van een meerjarencapaciteitsra-
ming en een meerjareninvesteringsplan de raad op een vroegtij
dig moment het middel in handen kunnen geven om sturend op te
treden. De heer Martens vroeg ook naar een rekenkamer. Ik moet
U zeggen dat wij op dit ogenblik daar geen voor of tegen over
willen uitspreken. Het is op zich een goede gedachte. Ik denk
dat het goed is dat wij dit een keer in de commissie bespreken
ook tegen de achtergrond van de ontwikkeling van het bestuurs-
instrumentarium waarbij met name de functie van de centrale
afdeling financiën aan de orde komt. Het is duidelijk dat de
controlefunctie, die dan een dergelijke rekenkamer zou hebben
ten behoeve van de raad, een zaak is die overgenomen wordt van
de huidige commissie Middelen en Milieu, althans de verbijzon
derde uitwerking daarvan als ze rekeningen controleren. Ik wil
graag toezeggen om in de commissie daar op korte termijn van
gedachten over te wisselen. Ten aanzien van automatisering is
door de heer De Zwart gezegd: "is dat wel goed om een garantie
te geven voor vijf jaar, betekent dat niet gedwongen winkelne
ring". Ik denk dat dat bij de behandeling in de commissie duide
lijk gesteld is. We hebben een nieuwe aanpak voorgesteld. We
praten daar over een onderscheid tussen het vaste en variabele
deel van het C.B.T. Ik denk dat wij als mede-eigenaar van het
C.B.T. invulling moeten geven aan een basis om deze nieuwe weg
te kunnen bewandelen. Daarin past een bepaalde garantie. Ik
moet er overigens bijzeggen dat, als wij praten over een garan
tie van 5 systemen, dan hebben we het over die systemen die ex
tra privacy-gevoelig en moeilijk uit te besteden zijn aan der
den. Aan de andere kant betekent het dat wij dan slechts een
zeer beperkt gedeelte van de systemen garanderen. Wij komen
daar op zeer korte termijn terug, nl. wanneer wij deze nota in
de commissie en de raad behandelen. Vooralsnog denk ik dat de
toekomstige ontwikkeling daarvan alle mogelijkheden biedt, in
clusief het door velen zo geroemde privatiseringsidee. De heer
Taks van de V.V.D. heeft eigenlijk het antwoord gegeven op de
vraag, die hij tegelijkertijd stelde. Hij heeft een keurige ana
lyse gegeven van de mogelijkheden en onmogelijkheden daarbij
aangevend wat voor hem niet onder privatisering viel. Iemand
anders vindt dat weer wel, en daaruit blijkt hoe moeilijk het
is om een consensus te vinden ten aanzien van privatisering. We
hebben er in het college over gesproken en zijn graag bereid
juist daarover, aan de hand van een korte notitie, in de commis
sie nog een keer van gedachten te wisselen, alvorens U de toe
zegging te doen - en daar komen we bij de motie op terug - dat
wij met een uitgewerkte nota komen. Over het milieu het volgen
de. Op dit ogenblik is er een initiatief vanuit het Stadsgewest
om samen met de provincie in een onderzoek, betaald door het mi
nisterie van V.R.O.M., na te gaan op welke wijze de milieutech
nische samenwerking tegen de achtergrond van de ontwikkelingen
van het totale milieubeleid, gestalte kan krijgen. Vanuit Breda
is daar positief op gereageerd. Te verwachten is dat dit zal
leiden tot meer inzicht omtrent de mogelijkheden en onmogelijk
heden. Hierbij zullen ook de ontwikkelingen van het Hinderwet-
uitvoeringsprogramma en milieu-uitvoeringsprogramma betrokken