28 JANUARI 1985 2H2 tot nu toe gevoerde beleid. Wij hebben een aantal minimum voor waarden gesteld, waaraan het bestuur moet voldoen, wil men voor subsidie in aanmerking komen. Dat betekent niet dat de minimum voorwaarden tegelijkertijd normen zijn, integendeel. Het bete kent gewoon een voortzetting van het beleid zoals het tot nu toe heeft plaatsgevonden. Ik moet heel eerlijk zeggen dat ik er weinig voor voel om een bestuur te verplichten, op basis van het ontbreken van behoefte, deze openingstijden te verruimen. Anderzijds is het zo dat verruiming van de openingstijden tege lijkertijd consequenties heeft voor de financiële opzet van het geheel. In de richting van de heer Simons wil ik graag toezeg gen dat ten aanzien van de openingstijden met de federatie peu terspeelzalen een keer van gedachte gewisseld kan worden. Nage gaan kan dan worden, op welke wijze er een zo uniform mogelijk systeem in Breda gehanteerd kan worden. De heer De Bruijn heeft daar ook al op gewezen, naar aanleiding van een opmerking van de heer Simons. Ik dacht dat juist in de toelichting is weerge geven, dat de aansluiting met de Wet basisonderwijs nu getracht is aan te geven. Ik moet U zeggen dat ik op dit punt mij nadruk kelijk heb laten voorlichten door een werkelijk ter zake kundi ge. Daaruit is gebleken dat met ingang van 1 augustus 1985 met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid de leeftijds grens verlaagd wordt tot vijf jaar. Op vrijwillige basis blijft het kleuteronderwijs bestaan, ook voor vierjarigen. Als er wij ziging komt in de invoering van de Wet, dan betekent dat, dat de mogelijke aansluiting bij het peuterspeelzaalwerk tot de mo gelijkheden behoort. De heer SIMONS Waar het juist om gaat, is dat de keuzevrijheid om te kiezen voor kleuteronderwijs of voortgang van de peuterspeelzaal niet aanwezig is. Wethouder RÖMKENS Ik ga niet zo ver om de mensen te laten kiezen tussen een kleu terschool of een peuterspeelzaal. Er kan een dusdanige behoefte zijn aan peuterspeelzalen, waardoor de mogelijke behoefte aan peuterspeelzaalwerk niet gehonoreerd zou kunnen worden. Als dit onverhoopt niet het geval mocht zijn, ontstaat er een nieuwe si tuatie. Tot dat moment ben ik van mening, dat juist de kinderen tussen twee en vier jaar de mogelijkheid moeten kunnen hebben om aan peuterspeelzaalwerk deel te kunnen blijven nemen. Het ge vaar moet niet ingebouwd worden, dat kinderen tussen vier en vijf jaar op grond van de vrijwillige keuze van de ouders of verzorgers de plaats gaan innemen van juist de jeugdige kinde ren. De vraag van de heer Simons ten aanzien van de maximaal vier uur per dag. We kunnen daarover nog met elkaar van gedach ten wisselen op een ander moment. Op dit ogenblik kan ik werke lijk de achtergrond van het maximaal aantal uren van vier uur per dag niet geven. Ik voel er niets voor om nu een verhaal op te hangen. Ik ben graag bereid U die informatie nog te verstrek ken. Mevrouw Paulussen heeft gevraagd naar de inspraak van de ouders.Ik dacht dat juist de verordening ervan uit gaat dat de ouders in het bestuur zitting moeten hebben, tenzij zij zelf aangeven dat op een voor hen aanvaardbare manier daarin is voor zien. Het uitgangspunt is echter dat de ouders zitting hebben

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 242