7 FEBRUARI 1985 272 spreekt over een mac waarbinnen het particulier initiatief, waaronder de Groene Koepel, een belangrijke rol, althans in ge dachte, blijkt toebedeeld te krijgen. In het raadsvoorstel staat dat het college niet zo zeer preprioriteiten inbouwt maar dat zij toch wel spreekt over verwachtingen in de nabije toe komst, het jaarprogramma milieu-indicatie, de inpasbaarheid van de Groene Koepel en aanverwante clubs. Wij denken dat er in de richting van 19 8 6 wat meer zekerheid, helderheid, consistentie en continuïteit moet worden ingebakken. Wij vinden dat niet al leen milieubeleid een hoge prioriteit heeft. Wij vinden ook dat niet alleen de bijtjes en de bloemetjes van belang zijn, maar met name ook zaken als lucht- en bodemverontreiniging, afval stof fenprobl ematiek en een alternatieve benadering van energie vraagstukken. Het college zit blijkens de begrotingsstukken ook op die lijn. Het college is van mening, dat het gemeentelijk be leid alleen maar goed geëffectueerd kan worden, als dat in be langrijke mate wordt gedragen door de bevolking, organisaties oftewel het particulier initiatief op dit punt. Wij hebben toch een beetje de staalkaart van de Bredase activiteiten overzien. Wij hebben de indruk, dat de stichting Groene Koepel in het Bredase milieugebeuren een heel eigen plaats inneemt. Zij heeft bovendien het voordeel, dat het een overkoepelend orgaan is van een aantal milieu-organisaties en dat zij ten aanzien van de groene problematiek toch een eigen dimensie toevoegt aan de milieubenadering. Wij willen op dit moment niet zo ver gaan dat we zeggen: de besluitvorming die er nu ligt, moet van tafel, of we komen met amendementen en die startsubsidie moet alsnog wor den verleend. Wij vinden het belangrijker om op dit moment uit te spreken, dat clubs als de Groene Koepel in de toekomst kun nen bogen op een stuk continuïteit en op een financiële steun in een vorm van het kunnen laten draaien van die organisaties. Het opknopen van subsidies, louter en alleen aan activiteiten, doet ons toch een beetje vermoeden dat je op die manier spreekt over een subsidiebeleid, wat wel eens ad-hoc zou kunnen worden. Daarom moeten wij het college vragen om een instrument uit de kast te gaan halen. Dit betreft de exploitatie subsidie. Juist op die basis kun je toch in de richting van groeperingen wat meer continuïteit bieden. In die zin is het niet zo'n raar instrument, omdat we die exploitatiesubsidies ook kennen op de terreinen van het welzijnswerk. Wij weten allemaal hoeveel miljoenen daarin omgaan. Op zich is dat kennelijk niet zo'n moeilijke operatie. Wij vinden ook dat met name, aangezien het mac nog gestalte moet gaan krijgen, voorzien is in de structurele activiteitenruimte voor het mac. Tegen de achtergrond van het gewone collegevoorstel kunnen de mogelijkheden geopend worden. In 1986 kan binnen die milieubegroting gepraat worden over de structurele subsidiëring, dus een exploitievorm van de organisaties zoals de Groene Koepel. Wij hebben daar uiteraard een aantal criteria voor bedacht. Die zijn uitvoerig aan de orde geweest in de commissie Middelen en Milieu en ik wil ze daarom niet herhalen. Vandaar dat ik U zojuist een motie heb overhandigd, die mede is ondertekend door D'66, P.S.P. en P.P.R.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 272