25 FEBRUARI 1985 313 he moet maken in de denkwereld die het dagelijks bestuur, ten aan- g£ zien van deze materie, tot nu toe zich eigen heeft gemaakt. Het lijkt mij zeker wenselijk, dat is mijn persoonlijke mening, dat we de heer Mater in ieder geval nog functioneert totdat de defini- vc tieve voorstellen van het dagelijks bestuur aan de 21 gemeente- te raden zijn aangeboden. Ik wil U graag toezeggen dat ik daar bin- a* nen ons college nog over zal praten. Het ligt in ieder geval ke niet in mijn voornemen om, zoals aanvankelijk gedacht, al a.s. te vrijdag die zetel in te nemen. Wat ik wel graag zou doen, is op tr korte termijn het lidmaatschap van de gewestraad feitelijk gaan ir uitvoeren. Mevrouw Van Beusekom heeft mij gezegd dat ze dank- g€ baar zou zijn, wanneer ik de taak weer zou willen terugnemen le die zij op voortreffelijke wijze voor mij tot nu toe heeft waar- he genomen. Ik wil dus niet zo ver gaan dat ik nu aan de raad een tc uitspraak zou vragen of wij een vetorecht moeten uitspreken, als het zou komen tot een dagelijks bestuur van 9 leden. Ik no denk dat dat veel te vroeg is. Het zou ook de onderhandelings- be positie voor de komende maanden bemoeilijken. Laten we rustig li afwachten. We nemen aan dat de stadsgewestraad in alle wijsheid is toch tot een goede beslissing zal komen. Dan is er nog een punt te waar diverse sprekers aandacht aan hebben geschonken, namelijk te de ordeningstakenDe heer Crul zegt dat we eigenlijk niets be- ov reikt hebben. Naar mijn mening is dat niet juist. Als U de tc tekst van de huidige stadsgewestelijke regeling legt naast het ra ontwerp, zoals het thans hier in de stukken voorkomt, dan ziet ne U toch duidelijk dat de ordeningstaken die integraal in de ke stadsgewestelijke regeling zijn opgenomen, nu omgebogen he worden. Dat gebeurt in die zin dat er niet geordend wordt door de het stadsgewest maar dat er een overleg-platform komt waarin we met name de portefeuillehouders van het gewest over die zaken kr en ordeningstaken overleggen en vervolgens proberen tot een con- st census te komen. Als dat zo is, dan eerst kunnen de gemeenten, da als zij dat wensen, besluiten om aan het stadsgewest de orde- ee ning van die zaak op te dragen. Natuurlijk is het zo dat van de le zijde van het college van Breda van meet af aan gezegd is dat ki we nu eerst die concensus moeten bereiken en dat we dan de orde- be ningstaken aan het stadsgewest kunnen toevertrouwen. Dat is er we niet helemaal uitgekomen maar het feitelijke resultaat is toch dat het stadsgewest geen ordenende bevoegdheid uitoefent, ten- De zij er een concensus is. Dat vinden wij in ieder geval winst. In Het zou zelfs veel verder moeten gaan. to be De heer CRUL Er Is dat nu dan niet het geval? te fi De VOORZITTER va Nee, het stadsgewest zou nu formeel op bepaalde ze ki De heer CRUL ka Maar dat gebeurt toch ook niet? om zo De VOORZITTER Nee, maar het stadsgewest zou zeker bepaalde ordeningstaken kun nen uitoefenen, waarmee een aantal gemeenten, een minderheid,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 313