17 APRIL 1985
359
worden, voordat het ordevoorstel van mevrouw Paulussen aan de
orde kan komen.
De VOORZITTER
Het is een brief, die gericht is aan het college van burgemees
ter en wethouders, niet aan de raad. Vandaar dat wij hem U ter
kennis brengen, meer niet. Wij zijn bereid om U het antwoord
van burgemeester en wethouders ter kennis te brengen.
De heer TAKS
Ter kennis van de raad dan, niet ter kennis van de commissie Al
gemene Zaken, dat lijkt me volstrekt overbodig.
De VOORZITTER
Ter kennis van de raad, in ieder geval. Als gevraagd wordt om
het ook ter kennis te brengen van de commissie, dan heb ik daar
geen bezwaar tegen. De brief wordt alleen maar ter kennis ge
bracht
De heer TAKS
De agenda's zijn zo overladen, laten we het toch niet doen.
De VOORZITTER
Kan mevrouw Paulussen zich ermee verenigen, dat het antwoord in
ieder geval voor de raad ter inzage wordt gelegd? Dan kunt U
naar aanleiding daarvan, want dan komt het weer op de lijst te
staan, altijd weer voorstellen om dat antwoord in de commissie
te behandelen.
Mevrouw PAULUSSEN
U volgt dan het advies van de heer Taks op?
De VOORZITTER
Ik denk het niet.
Akkoord
Ten aanzien van de overige ingekomen stukken wordt besloten als
daarbij aangegeven.
De VOORZITTER
U hebt kennis gekregen van een ingekomen verzoek tot het houden
van twee interpellaties, die schriftelijk zijn ingediend door
de heren CrulScharff en Simons. Ik neem aan dat U blijft bij
Uw verzoek. Ik stel voor om dit aan de orde te stellen in het
begin van de vergadering van morgenavond, 18 april 1985. Is
hiertegen geen bezwaar?
De heer SIMONS
In zoverre; er is een afspraak in het fractievoorzittersoverleg
om het de keer daarop te doen. We hebben namelijk morgenavond
nogal een drukke agenda i.v.m. Brebo.