17 APRIL 1985 392 geworden, dat er een aantal facetten meespeelt. Die zijn erg be langrijk, namelijk het op tijd verkrijgen van de gelden voor de bouw van die school. Wat dat betreft gaan we node met dit voor stel akkoord. In feite vinden we het een goede zaak dat men bin nen het ambtenarenapparaat analyserend dit soort zaken onder kend. Men heeft inderdaad gezien dat men tijdig moet gaan reage ren met een aantal zaken om gelden los te krijgen, want anders zijn ze weg. In deze krappe tijden zou dat erg zonde zijn. Ik wil wel aan de wethouder vragen of het alleen duidelijk is met betrekking tot de schoolbouw en dat er geen andere zaken uitge tild gaan worden. We kunnen daar in de integrale besluitvorming met betrekking tot het structuurplan op terug komen. Overigens gaan we node toch met dit voorstel akkoord. De heer SIMONS Ik kan me voor het grootste deel bij de sprekers aansluiten. Op zich hebben wij problemen met het feit dat er een voorberei- dingsbesluit genomen wordt. In dit geval denk ik dat we ermee akkoord kunnen gaan, maar we willen ons op geen enkele manier vastleggen aan de eventuele invulling.De koppeling met het structuurplan binnenstad dient gehandhaafd te blijven. De heer SCHARFF Ik denk dat ik ook in kan stemmen met het voorstel. Ik heb nog wel een vraag. Ik heb in de commissie gevraagd hoe de stand van zaken is met betrekking tot de bestemmingsplannen in het alge meen. Er is als het ware een soort stuwmeer aan het ontstaan. De wethouder heeft toen heel kort gezegd, dat hij het als knel punt aan zag komen. Ik zou van hem graag nader willen horen hoe hij dat knelpunt denkt te kunnen aanpakken en oplossen. Wethouder WELSCHEN Ik ben het met de heer De Zwart eens en dus ook met de heer De Bruijn, die op bondige wijze de heer De Zwart herhaalde. De heer Bokkelkamp deed dat vervolgens op zijn bekende enthousias te wijze en de heren Simons en Scharff vonden dat ook. Er zijn twee vragen gesteld, nl. gaat het nu verder dan de school of niet? Wij zijn ook wonen aan het voorbereiden, want ook daar zouden we te laat komen, wanneer we daarmee niet nu al bezig waren. Er worden daar gewoon risico's genomen door degenen die met de plannen bezig zijn. Als we het niet zouden doen en wach ten op de besluitvorming, kunnen we in de jaren waarin we con tingenten gepland hebben en in het grondbedrijf opbrengsten heb ben gezien, geen realisering maken. De tweede vraag: bestaat het stuwmeer nog? Ja. Weet je al hoe je het moet oplossen? Nog niet volledig. Het college heeft de afdeling stedebouw opdracht gegeven om alle bestemmingsplannen nog eens een keer in rang orde te zetten en te kijken welke eerst en welke niet eerst moe ten. Daaruit zal toch wel blijken dat wij een aantal zaken, die de burgers graag willen, niet kunnen doen. We moeten ons beper ken tot wat strikt nodig is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 392