17 JANUARI 1985
M7
de rol van het college maar ik noem even een heel specifiek
punt met betrekking tot de positie van de wethouder. Deze is
volgens het monistische boekje uit en door de raad gekozen maar
kan in zijn dubbelrol van fractielid en collegelid ook duide
lijk een remmende invloed hebben op het functioneren van de
raad
De heer MARTENS
Als ik de heer Hendricks aanhoor, dan denk ik dat mijn opmer
king om eens studiedagen te gaan volgen als de gemeenteraad,
hard nodig is. Ik denk dat niemand meer begrijpt, zeker de pu
blieke tribune niet, hoewel deze uitgedund is, waar hij het pre
cies over heeft.
De heer HENDRICKS
Ik geef even antwoord maar niet in mijn spreektijd. De meeste
mensen waren al weggegaan voordat ik ging spreken. Die er wel
zitten behoren tot mijn trouwe aanhang en die weten precies
waar ik het over heb, want daar oefenen wij dit soort zaken re
gelmatig mee.
De heer HOFSTFé
Het is ook helemaal niet zo moeilijk wat de heer Hendricks naar
voren brengt. Je kunt het zo uit een boekje halen, misschien
zou dat verstandiger geweest zijn.
De heer HENDRICKS
Ik ken Uw standpunt over monistische zaken en Uw standpunt in
zake een aantal punten de raad betreffende maar wij vonden het
nu toch eens een keer nodig om dat hele spel van factoren, alle
verschuivingen die plaatsvinden en alle zaken die relevantie
houden met het onderwerp eens op een rij te zetten en daar eens
wat meer aandacht aan te besteden dan het doorlezen van een
boekje alleen. Wij hebben er ook, en dat heeft U kennelijk nog
niet helemaal begrepen, een model aan vastgeplakt, waarvan wij
zeggen: dan zou het inderdaad ook wat beter kunnen gaan func
tioneren. Maar dat komt nog.
De heer HOFSTé
U brengt het aardig. Dat is het verschil met het lezen van een
boekje en misschien ontleent U er een vertrouwen aan ten aan
zien van de toekomst van D'66.
De VOORZITTER
Maar mag de heer Hendricks zijn algemene beschouwingen richten
op het functioneren van raad en burgemeester en wethouders?
De heer HENDRICKS
Bovendien zou ik graag de titel van het boekje willen lezen wat
de heer Hofsté geraadpleegd heeft. Misschien citeert hij al uit
mijn tekst, dat kan ook. Dan heeft hij misschien voor die tijd
al een exemplaar weten te bemachtigen. Om tot een juiste rolver
deling te komen, dus tot een goede raad om de commissie Merkx
te citeren (dus toch een boekje), is in ieder geval van belang